"aanhechten" meaning in Néerlandais

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Lemmes en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes transitifs en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Néerlandais",
      "orig": "néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "Composé de la préposition aan et du verbe hechten (« attacher »)."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "hecht aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechtte aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hecht aan",
      "raw_tags": [
        "jij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hecht aan",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechtten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hechten aan",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechten aan",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hecht aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechtte aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben",
      "raw_tags": [
        "Auxiliaire"
      ]
    },
    {
      "form": "aanhechtend",
      "tags": [
        "participle",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "aangehecht",
      "tags": [
        "participle",
        "past"
      ]
    }
  ],
  "lang": "Néerlandais",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Verbe",
  "senses": [
    {
      "glosses": [
        "Attacher, agrafer, joindre, annexer."
      ],
      "id": "fr-aanhechten-nl-verb-tNhXuFX3"
    },
    {
      "glosses": [
        "Nouer."
      ],
      "id": "fr-aanhechten-nl-verb-p5QY2IYy",
      "raw_tags": [
        "Nœud"
      ]
    },
    {
      "examples": [
        {
          "text": "Een draad aanhechten.",
          "translation": "Rattacher un fil."
        }
      ],
      "glosses": [
        "Coudre."
      ],
      "id": "fr-aanhechten-nl-verb-x6VedFAT"
    },
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Lexique en néerlandais de la technique",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "Adhérer, accrocher."
      ],
      "id": "fr-aanhechten-nl-verb-g6pU5sNw",
      "topics": [
        "technical"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "Nl-aanhechten.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/7d/Nl-aanhechten.ogg/Nl-aanhechten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/Nl-aanhechten.ogg"
    }
  ],
  "synonyms": [
    {
      "word": "bevestigen"
    },
    {
      "word": "bijeenvoegen"
    },
    {
      "word": "bijvoegen"
    },
    {
      "word": "fixeren"
    },
    {
      "word": "hechten"
    },
    {
      "word": "kleven"
    },
    {
      "word": "vastknopen"
    },
    {
      "word": "vastmaken"
    },
    {
      "word": "vastzetten"
    },
    {
      "word": "verbinden"
    }
  ],
  "tags": [
    "transitive"
  ],
  "word": "aanhechten"
}

{
  "categories": [
    "Lemmes en néerlandais",
    "Verbes en néerlandais",
    "Verbes transitifs en néerlandais",
    "néerlandais"
  ],
  "etymology_texts": [
    "Composé de la préposition aan et du verbe hechten (« attacher »)."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "hecht aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechtte aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hecht aan",
      "raw_tags": [
        "jij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hecht aan",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechtten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hechten aan",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechten aan",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hecht aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "hechtte aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben",
      "raw_tags": [
        "Auxiliaire"
      ]
    },
    {
      "form": "aanhechtend",
      "tags": [
        "participle",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "aangehecht",
      "tags": [
        "participle",
        "past"
      ]
    }
  ],
  "lang": "Néerlandais",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Verbe",
  "senses": [
    {
      "glosses": [
        "Attacher, agrafer, joindre, annexer."
      ]
    },
    {
      "glosses": [
        "Nouer."
      ],
      "raw_tags": [
        "Nœud"
      ]
    },
    {
      "examples": [
        {
          "text": "Een draad aanhechten.",
          "translation": "Rattacher un fil."
        }
      ],
      "glosses": [
        "Coudre."
      ]
    },
    {
      "categories": [
        "Lexique en néerlandais de la technique"
      ],
      "glosses": [
        "Adhérer, accrocher."
      ],
      "topics": [
        "technical"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "Nl-aanhechten.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/7d/Nl-aanhechten.ogg/Nl-aanhechten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/Nl-aanhechten.ogg"
    }
  ],
  "synonyms": [
    {
      "word": "bevestigen"
    },
    {
      "word": "bijeenvoegen"
    },
    {
      "word": "bijvoegen"
    },
    {
      "word": "fixeren"
    },
    {
      "word": "hechten"
    },
    {
      "word": "kleven"
    },
    {
      "word": "vastknopen"
    },
    {
      "word": "vastmaken"
    },
    {
      "word": "vastzetten"
    },
    {
      "word": "verbinden"
    }
  ],
  "tags": [
    "transitive"
  ],
  "word": "aanhechten"
}