"splitsen" meaning in Nederlands

See splitsen in All languages combined, or Wiktionary

Verb

IPA: ˈsplɪtsə(n) Audio: nl-splitsen.ogg
Forms: splitste [past], gesplitst [past, participle], te splitsen [active, infinitive, imperfect, present], zullen splitsen [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen splitsen [active, infinitive, imperfect, future], hebben gesplitst [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben gesplitst [active, infinitive, perfect, present], gesplitst zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], gesplitst te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], splitsend [imperfect, participle], gesplitst [past, participle], ev. splits [imperative], splitse [subjunctive], splits [indicative, imperfect, present, singular, first-person], splitst [indicative, imperfect, present, singular, second-person], splitst [indicative, imperfect, present, singular, second-person], splitst [indicative, imperfect, present, singular, second-person], splitst [indicative, imperfect, present, singular, third-person], splitste [indicative, imperfect, past, singular, first-person], splitste [indicative, imperfect, past, singular, second-person], splitste [indicative, imperfect, past, singular, second-person], splitste [indicative, imperfect, past, singular, second-person], splitste [indicative, imperfect, past, singular, third-person], splitsten [indicative, imperfect, past, plural, first-person], splitsten [indicative, imperfect, past, plural, second-person], splitsten [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal splitsen [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult splitsen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal splitsen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult splitsen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal splitsen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult splitsen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal splitsen [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen splitsen [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen splitsen [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen splitsen [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou splitsen [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou splitsen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) splitsen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt splitsen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou splitsen [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden splitsen [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden splitsen [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden splitsen [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], heb gesplitst [perfect, present, first-person], hebt gesplitst [perfect, present, second-person], hebt gesplitst [perfect, present, second-person], heeft gesplitst [perfect, present, second-person], hebt gesplitst [perfect, present, second-person], heeft gesplitst [perfect, present, third-person], hebben gesplitst [perfect, present, first-person], hebben gesplitst [perfect, present, second-person], hebben gesplitst [perfect, present, third-person], had gesplitst [perfect, past, first-person], had gesplitst [perfect, past, second-person], had gesplitst [perfect, past, second-person], hadt gesplitst [perfect, past, second-person], had gesplitst [perfect, past, third-person], hadden gesplitst [perfect, past, first-person], hadden gesplitst [perfect, past, second-person], hadden gesplitst [perfect, past, third-person], zal gesplitst hebben [perfect, future, first-person], zal gesplitst hebben [perfect, future, second-person], zult gesplitst hebben [perfect, future, second-person], zult gesplitst hebben [perfect, future, second-person], zal gesplitst hebben [perfect, future, second-person], zult gesplitst hebben [perfect, future, second-person], zal gesplitst hebben [perfect, future, third-person], zullen gesplitst hebben [perfect, future, first-person], zullen gesplitst hebben [perfect, future, second-person], zullen gesplitst hebben [perfect, future, third-person], zou gesplitst hebben [perfect, conditional, first-person], zou gesplitst hebben [perfect, conditional, second-person], zou gesplitst hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt gesplitst hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt gesplitst hebben [perfect, conditional, second-person], zou gesplitst hebben [perfect, conditional, third-person], zouden gesplitst hebben [perfect, conditional, first-person], zouden gesplitst hebben [perfect, conditional, second-person], zouden gesplitst hebben [perfect, conditional, third-person], er wordt gesplitst [impersonal, passive, present, imperfect], er is gesplitst [impersonal, passive, present, perfect], er werd gesplitst [impersonal, passive, past, imperfect], er was gesplitst [impersonal, passive, past, perfect], er zal gesplitst worden [impersonal, passive, future, imperfect], er zal gesplitst zijn [impersonal, passive, future, perfect], er zou gesplitst worden [impersonal, passive, conditional, imperfect], er zou gesplitst zijn [impersonal, passive, conditional, perfect], gesplitst worden [passive, infinitive, imperfect, present, short-form], gesplitst te worden [passive, infinitive, imperfect, present], gesplitst zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future, short-form], gesplitst te zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future], gesplitst zijn [passive, infinitive, perfect, present, short-form], gesplitst te zijn [passive, infinitive, perfect, present], gesplitst zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future, short-form], gesplitst te zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future], word gesplitst [singular, imperfect, present, first-person], wordt gesplitst [singular, imperfect, present, second-person], wordt gesplitst [singular, imperfect, present, second-person], wordt gesplitst [singular, imperfect, present, second-person], wordt gesplitst [singular, imperfect, present, plural, third-person], worden gesplitst [singular, imperfect, present, plural, first-person], worden gesplitst [singular, imperfect, present, plural, second-person], worden gesplitst [singular, imperfect, present, third-person], werd gesplitst [singular, imperfect, past, first-person], werd gesplitst [singular, imperfect, past, second-person], werd gesplitst [singular, imperfect, past, second-person], werdt gesplitst [singular, imperfect, past, second-person], werd gesplitst [singular, imperfect, past, plural, third-person], werden gesplitst [singular, imperfect, past, plural, first-person], werden gesplitst [singular, imperfect, past, plural, second-person], werden gesplitst [singular, imperfect, past, third-person], zal gesplitst worden [singular, imperfect, future, first-person], zult gesplitst worden [singular, imperfect, future, second-person], zult gesplitst worden [singular, imperfect, future, second-person], zult gesplitst worden [singular, imperfect, future, second-person], zal gesplitst worden [singular, imperfect, future, plural, third-person], zullen gesplitst worden [singular, imperfect, future, plural, first-person], zullen gesplitst worden [singular, imperfect, future, plural, second-person], zullen gesplitst worden [singular, imperfect, future, third-person], zou gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, first-person], zou gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zoudt gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zoudt gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, plural, third-person], zouden gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden gesplitst worden [singular, imperfect, conditional, third-person], ben gesplitst [perfect, present, first-person], bent gesplitst [perfect, present, second-person], bent gesplitst [perfect, present, second-person], is gesplitst [perfect, present, second-person], zijt gesplitst [perfect, present, second-person], is gesplitst [perfect, present, third-person], zijn gesplitst [perfect, present, first-person], zijn gesplitst [perfect, present, second-person], zijn gesplitst [perfect, present, third-person], was gesplitst [perfect, past, first-person], was gesplitst [perfect, past, second-person], was gesplitst [perfect, past, second-person], waart gesplitst [perfect, past, second-person], was gesplitst [perfect, past, third-person], waren gesplitst [perfect, past, first-person], waren gesplitst [perfect, past, second-person], waren gesplitst [perfect, past, third-person], zal gesplitst zijn [perfect, future, first-person], zult gesplitst zijn [perfect, future, second-person], zult gesplitst zijn [perfect, future, second-person], zult gesplitst zijn [perfect, future, second-person], zal gesplitst zijn [perfect, future, third-person], zullen gesplitst zijn [perfect, future, first-person], zullen gesplitst zijn [perfect, future, second-person], zullen gesplitst zijn [perfect, future, third-person], zou gesplitst zijn [perfect, conditional, first-person], zou gesplitst zijn [perfect, conditional, second-person], zou gesplitst zijn [perfect, conditional, second-person], zoudt gesplitst zijn [perfect, conditional, second-person], zoudt gesplitst zijn [perfect, conditional, second-person], zou gesplitst zijn [perfect, conditional, third-person], zouden gesplitst zijn [perfect, conditional, first-person], zouden gesplitst zijn [perfect, conditional, second-person], zouden gesplitst zijn [perfect, conditional, third-person], splits me [first-person, present, singular], splitsen ons [first-person, present, plural], splitste me [first-person, past, singular], splitsten ons [first-person, past, plural], zal me splitsen [first-person, future, singular], zullen ons splitsen [first-person, future, plural], splitst je [second-person, present, singular], splitsen je [second-person, present, plural], splitste je [second-person, past, singular], splitsten je [second-person, past, plural], zal, zult je splitsen [second-person, future, singular], zullen je splitsen [second-person, future, plural], splitst zich/u [second-person, present, plural], splitst zich/u [second-person, past, singular], splitste zich/u [second-person, past, plural], splitste zich/u [second-person, future, singular], zult zich/u splitsen [second-person, future, plural], zult zich/u splitsen [second-person], splitst u [second-person, present, plural], splitst u [second-person, past, singular], splitste u [second-person, past, plural], splitste u [second-person, future, singular], zult u splitsen [second-person, future, plural], zult u splitsen [second-person], splitst zich [third-person, present, singular], splitsen zich [third-person, present, plural], splitste zich [third-person, past, singular], splitsten zich [third-person, past, plural], zal zich splitsen [third-person, future, singular], zullen zich splitsen [third-person, future, plural], zich splitsend [imperfect, participle], zich gesplitst hebben [past], splits u/je , splitst je [imperative], splitse zich [subjunctive]
  1. zich ~: in twee of meer delen uiteen gaan Tags: reflexive
    Sense id: nl-splitsen-nl-verb-1WHLNkGi Categories (other): Wederkerend werkwoord in het Nederlands
  2. iets ~: in twee of meer delen opdelen Tags: transitive
    Sense id: nl-splitsen-nl-verb-YoknUnrp Categories (other): Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated
Derived forms: splitskopen Translations (in twee of meer delen opdelen): spalten (Duits), teilen (Duits), split (Engels), dele (Noors), dele (Nynorsk) Translations (in twee of meer delen uiteen gaan): teilen (Duits), split (Engels), dele (Noors), dele (Nynorsk), bifurcarse (Spaans)
Categories (other): Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands, Ontbrekend geluid, Retrograad van het Nederlands, Vervoeging in het Nederlands, Werkwoord in het Nederlands, WikiWoordenboek:Wikilink, Woorden in het Nederlands, Woorden in het Nederlands met IPA-weergave, Woorden in het Nederlands met audioweergave, Woorden in het Nederlands van lengte 8, Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands, Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "WikiWoordenboek:Wikilink",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met IPA-weergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "splitskopen"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "In de betekenis van ‘verdelen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1570"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "splitste",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te splitsen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splitsen",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen splitsen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst zullen hebben",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsend",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n splits",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "splitse",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\nsplitst"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "splits",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splitsen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult splitsen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splitsen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult splitsen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splitsen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splitsen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splitsen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splitsen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splitsen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splitsen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt splitsen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splitsen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splitsen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splitsen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splitsen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal gesplitst worden",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal gesplitst zijn",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou gesplitst worden",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou gesplitst zijn",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst worden",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst zullen worden",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst zijn",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst zullen zijn",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splits me",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsen ons",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste me",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten ons",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal me splitsen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen ons splitsen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst je",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsen je",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste je",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten je",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal, zult je splitsen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen je splitsen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zult zich/u splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zult zich/u splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge,\n gijlieden"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge,\n gijlieden"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zult u splitsen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zult u splitsen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge\ngijlieden"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst zich",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsen zich",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste zich",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten zich",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal zich splitsen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen zich splitsen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zich splitsend",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "zich gesplitst hebben",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "splits u/je , splitst je",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "splitse zich",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "split·sen",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Wederkerend werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Een stuk verderop splitst de weg zich."
        }
      ],
      "glosses": [
        "zich ~: in twee of meer delen uiteen gaan"
      ],
      "id": "nl-splitsen-nl-verb-1WHLNkGi",
      "tags": [
        "reflexive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Deze aandelen gaan gesplitst worden."
        }
      ],
      "glosses": [
        "iets ~: in twee of meer delen opdelen"
      ],
      "id": "nl-splitsen-nl-verb-YoknUnrp",
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-splitsen.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/0/04/Nl-splitsen.ogg/Nl-splitsen.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-splitsen.ogg"
    },
    {
      "ipa": "ˈsplɪtsə(n)"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "teilen"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "split"
    },
    {
      "lang": "Noors",
      "lang_code": "no",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "dele"
    },
    {
      "lang": "Nynorsk",
      "lang_code": "nn",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "dele"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "bifurcarse"
    },
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "spalten"
    },
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "teilen"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "split"
    },
    {
      "lang": "Noors",
      "lang_code": "no",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "dele"
    },
    {
      "lang": "Nynorsk",
      "lang_code": "nn",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "dele"
    }
  ],
  "word": "splitsen"
}

{
  "categories": [
    "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "WikiWoordenboek:Wikilink",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met IPA-weergave",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
    "Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands",
    "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands"
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "splitskopen"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "In de betekenis van ‘verdelen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1570"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "splitste",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te splitsen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splitsen",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen splitsen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst zullen hebben",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsend",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n splits",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "splitse",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\nsplitst"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "splits",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splitsen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult splitsen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splitsen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult splitsen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splitsen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splitsen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splitsen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splitsen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splitsen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splitsen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt splitsen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splitsen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splitsen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splitsen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splitsen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was gesplitst",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal gesplitst worden",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal gesplitst zijn",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou gesplitst worden",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou gesplitst zijn",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst worden",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst zullen worden",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst zijn",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst zullen zijn",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gesplitst te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gesplitst",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gesplitst",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart gesplitst",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gesplitst",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gesplitst",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gesplitst",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gesplitst",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gesplitst zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splits me",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsen ons",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste me",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten ons",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal me splitsen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen ons splitsen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst je",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsen je",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste je",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten je",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal, zult je splitsen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen je splitsen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zult zich/u splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zult zich/u splitsen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge,\n gijlieden"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge,\n gijlieden"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zult u splitsen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zult u splitsen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge\ngijlieden"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splitst zich",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsen zich",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "splitste zich",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "splitsten zich",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal zich splitsen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen zich splitsen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zich splitsend",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "zich gesplitst hebben",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "splits u/je , splitst je",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "splitse zich",
      "source": "splitsen/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "split·sen",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Wederkerend werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Een stuk verderop splitst de weg zich."
        }
      ],
      "glosses": [
        "zich ~: in twee of meer delen uiteen gaan"
      ],
      "tags": [
        "reflexive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Deze aandelen gaan gesplitst worden."
        }
      ],
      "glosses": [
        "iets ~: in twee of meer delen opdelen"
      ],
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-splitsen.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/0/04/Nl-splitsen.ogg/Nl-splitsen.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-splitsen.ogg"
    },
    {
      "ipa": "ˈsplɪtsə(n)"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "teilen"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "split"
    },
    {
      "lang": "Noors",
      "lang_code": "no",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "dele"
    },
    {
      "lang": "Nynorsk",
      "lang_code": "nn",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "dele"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "in twee of meer delen uiteen gaan",
      "sense_index": 1,
      "word": "bifurcarse"
    },
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "spalten"
    },
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "teilen"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "split"
    },
    {
      "lang": "Noors",
      "lang_code": "no",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "dele"
    },
    {
      "lang": "Nynorsk",
      "lang_code": "nn",
      "sense": "in twee of meer delen opdelen",
      "sense_index": 2,
      "word": "dele"
    }
  ],
  "word": "splitsen"
}

Download raw JSONL data for splitsen meaning in Nederlands (29.3kB)

This page is a part of the kaikki.org machine-readable Nederlands dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2025-02-06 from the nlwiktionary dump dated 2025-02-02 using wiktextract (0ee4b87 and 9dbd323). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.