uiten in All languages combined

IPA: ˈœytə(n), /ˈʌʏ̯tə(n)/, /ˈœːtə(n)/ Audio: nl-uiten.ogg

[Show additional information ▼] [Hide additional information ▲]

Forms: uitte [past], geuit [past, participle], te uiten [active, infinitive, imperfect, present], zullen uiten [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen uiten [active, infinitive, imperfect, future], hebben geuit [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben geuit [active, infinitive, perfect, present], geuit zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], geuit te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], uitend [imperfect, participle], geuit [past, participle], ev. uit [imperative], uite [subjunctive], uit [indicative, imperfect, present, singular, first-person], uit [indicative, imperfect, present, singular, second-person], uit [indicative, imperfect, present, singular, second-person], uit [indicative, imperfect, present, singular, second-person], uit [indicative, imperfect, present, singular, third-person], uitte [indicative, imperfect, past, singular, first-person], uitte [indicative, imperfect, past, singular, second-person], uitte [indicative, imperfect, past, singular, second-person], uitte [indicative, imperfect, past, singular, second-person], uitte [indicative, imperfect, past, singular, third-person], uitten [indicative, imperfect, past, plural, first-person], uitten [indicative, imperfect, past, plural, second-person], uitten [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal uiten [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult uiten [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal uiten [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult uiten [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal uiten [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult uiten [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal uiten [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen uiten [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen uiten [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen uiten [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou uiten [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou uiten [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) uiten [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt uiten [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou uiten [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden uiten [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden uiten [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden uiten [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], heb geuit [perfect, present, first-person], hebt geuit [perfect, present, second-person], hebt geuit [perfect, present, second-person], heeft geuit [perfect, present, second-person], hebt geuit [perfect, present, second-person], heeft geuit [perfect, present, third-person], hebben geuit [perfect, present, first-person], hebben geuit [perfect, present, second-person], hebben geuit [perfect, present, third-person], had geuit [perfect, past, first-person], had geuit [perfect, past, second-person], had geuit [perfect, past, second-person], hadt geuit [perfect, past, second-person], had geuit [perfect, past, third-person], hadden geuit [perfect, past, first-person], hadden geuit [perfect, past, second-person], hadden geuit [perfect, past, third-person], zal geuit hebben [perfect, future, first-person], zal geuit hebben [perfect, future, second-person], zult geuit hebben [perfect, future, second-person], zult geuit hebben [perfect, future, second-person], zal geuit hebben [perfect, future, second-person], zult geuit hebben [perfect, future, second-person], zal geuit hebben [perfect, future, third-person], zullen geuit hebben [perfect, future, first-person], zullen geuit hebben [perfect, future, second-person], zullen geuit hebben [perfect, future, third-person], zou geuit hebben [perfect, conditional, first-person], zou geuit hebben [perfect, conditional, second-person], zou geuit hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt geuit hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt geuit hebben [perfect, conditional, second-person], zou geuit hebben [perfect, conditional, third-person], zouden geuit hebben [perfect, conditional, first-person], zouden geuit hebben [perfect, conditional, second-person], zouden geuit hebben [perfect, conditional, third-person], er wordt geuit [impersonal, passive, present, imperfect], er is geuit [impersonal, passive, present, perfect], er werd geuit [impersonal, passive, past, imperfect], er was geuit [impersonal, passive, past, perfect], er zal geuit worden [impersonal, passive, future, imperfect], er zal geuit zijn [impersonal, passive, future, perfect], er zou geuit worden [impersonal, passive, conditional, imperfect], er zou geuit zijn [impersonal, passive, conditional, perfect], geuit worden [passive, infinitive, imperfect, present, short-form], geuit te worden [passive, infinitive, imperfect, present], geuit zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future, short-form], geuit te zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future], geuit zijn [passive, infinitive, perfect, present, short-form], geuit te zijn [passive, infinitive, perfect, present], geuit zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future, short-form], geuit te zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future], word geuit [singular, imperfect, present, first-person], wordt geuit [singular, imperfect, present, second-person], wordt geuit [singular, imperfect, present, second-person], wordt geuit [singular, imperfect, present, second-person], wordt geuit [singular, imperfect, present, plural, third-person], worden geuit [singular, imperfect, present, plural, first-person], worden geuit [singular, imperfect, present, plural, second-person], worden geuit [singular, imperfect, present, third-person], werd geuit [singular, imperfect, past, first-person], werd geuit [singular, imperfect, past, second-person], werd geuit [singular, imperfect, past, second-person], werdt geuit [singular, imperfect, past, second-person], werd geuit [singular, imperfect, past, plural, third-person], werden geuit [singular, imperfect, past, plural, first-person], werden geuit [singular, imperfect, past, plural, second-person], werden geuit [singular, imperfect, past, third-person], zal geuit worden [singular, imperfect, future, first-person], zult geuit worden [singular, imperfect, future, second-person], zult geuit worden [singular, imperfect, future, second-person], zult geuit worden [singular, imperfect, future, second-person], zal geuit worden [singular, imperfect, future, plural, third-person], zullen geuit worden [singular, imperfect, future, plural, first-person], zullen geuit worden [singular, imperfect, future, plural, second-person], zullen geuit worden [singular, imperfect, future, third-person], zou geuit worden [singular, imperfect, conditional, first-person], zou geuit worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou geuit worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zoudt geuit worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zoudt geuit worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou geuit worden [singular, imperfect, conditional, plural, third-person], zouden geuit worden [singular, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden geuit worden [singular, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden geuit worden [singular, imperfect, conditional, third-person], ben geuit [perfect, present, first-person], bent geuit [perfect, present, second-person], bent geuit [perfect, present, second-person], is geuit [perfect, present, second-person], zijt geuit [perfect, present, second-person], is geuit [perfect, present, third-person], zijn geuit [perfect, present, first-person], zijn geuit [perfect, present, second-person], zijn geuit [perfect, present, third-person], was geuit [perfect, past, first-person], was geuit [perfect, past, second-person], was geuit [perfect, past, second-person], waart geuit [perfect, past, second-person], was geuit [perfect, past, third-person], waren geuit [perfect, past, first-person], waren geuit [perfect, past, second-person], waren geuit [perfect, past, third-person], zal geuit zijn [perfect, future, first-person], zult geuit zijn [perfect, future, second-person], zult geuit zijn [perfect, future, second-person], zult geuit zijn [perfect, future, second-person], zal geuit zijn [perfect, future, third-person], zullen geuit zijn [perfect, future, first-person], zullen geuit zijn [perfect, future, second-person], zullen geuit zijn [perfect, future, third-person], zou geuit zijn [perfect, conditional, first-person], zou geuit zijn [perfect, conditional, second-person], zou geuit zijn [perfect, conditional, second-person], zoudt geuit zijn [perfect, conditional, second-person], zoudt geuit zijn [perfect, conditional, second-person], zou geuit zijn [perfect, conditional, third-person], zouden geuit zijn [perfect, conditional, first-person], zouden geuit zijn [perfect, conditional, second-person], zouden geuit zijn [perfect, conditional, third-person], uit me [first-person, present, singular], uiten ons [first-person, present, plural], uitte me [first-person, past, singular], uitten ons [first-person, past, plural], zal me uiten [first-person, future, singular], zullen ons uiten [first-person, future, plural], uit je [second-person, present, singular], uiten je [second-person, present, plural], uitte je [second-person, past, singular], uitten je [second-person, past, plural], zal, zult je uiten [second-person, future, singular], zullen je uiten [second-person, future, plural], uit zich/u [second-person, present, plural], uit zich/u [second-person, past, singular], uitte zich/u [second-person, past, plural], uitte zich/u [second-person, future, singular], zult zich/u uiten [second-person, future, plural], zult zich/u uiten [second-person], uit u [second-person, present, plural], uit u [second-person, past, singular], uitte u [second-person, past, plural], uitte u [second-person, future, singular], zult u uiten [second-person, future, plural], zult u uiten [second-person], uit zich [third-person, present, singular], uiten zich [third-person, present, plural], uitte zich [third-person, past, singular], uitten zich [third-person, past, plural], zal zich uiten [third-person, future, singular], zullen zich uiten [third-person, future, plural], zich uitend [imperfect, participle], zich geuit hebben [past], uit u/je , uit je [imperative], uite zich [subjunctive]

Inflected forms

[Show JSON for postprocessed kaikki.org data shown on this page ▼] [Hide JSON for postprocessed kaikki.org data shown on this page ▲]

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met IPA-weergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 5",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "uiting"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "Afgeleid van uit."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "uitte",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te uiten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uiten",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen uiten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben geuit",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit zullen hebben",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "uitend",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n uit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "uite",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\nuit"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uiten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uiten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uiten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uiten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uiten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uiten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uiten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uiten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uiten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uiten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uiten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uiten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uiten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uiten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uiten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal geuit worden",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal geuit zijn",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou geuit worden",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou geuit zijn",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit worden",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit zullen worden",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit zijn",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit zullen zijn",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit me",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uiten ons",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte me",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten ons",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal me uiten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen ons uiten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uit je",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uiten je",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte je",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten je",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal, zult je uiten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen je uiten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uit zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uit zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zult zich/u uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zult zich/u uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uit u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge,\n gijlieden"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge,\n gijlieden"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zult u uiten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zult u uiten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge\ngijlieden"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit zich",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uiten zich",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte zich",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten zich",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal zich uiten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen zich uiten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zich uitend",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "zich geuit hebben",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uit u/je , uit je",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "uite zich",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "ui·ten",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Wederkerend werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Hij had vaak moeite zich te uiten."
        }
      ],
      "glosses": [
        "zich ~: uiting geven aan gevoelens"
      ],
      "id": "nl-uiten-nl-verb-RIs-q-z~",
      "tags": [
        "reflexive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        },
        {
          "kind": "other",
          "name": "Woorden met artikelreferenties",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Hij uitte een schreeuw."
        },
        {
          "ref": "Weblink bron “Britse premier Johnson stapt op, maar blijft zitten tot opvolger bekend is” (onderdag 07 juli 2022), NU.nl",
          "text": "Het vertrek van een reeks hooggeplaatste functionarissen werd op 5 juli ingeluid door minister van Financiën Rishi Sunak en gezondheidsminister Sajid Javid. Het tweetal uitte bij hun vertrek felle kritiek op Johnson. Ze schreven in een verklaring dat de overheid geen \"goed, competent en serieus werk\" verricht."
        }
      ],
      "glosses": [
        "zeggen"
      ],
      "id": "nl-uiten-nl-verb-62RGI2Oi",
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-uiten.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/d/de/Nl-uiten.ogg/Nl-uiten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-uiten.ogg"
    },
    {
      "ipa": "ˈœytə(n)"
    },
    {
      "ipa": "/ˈʌʏ̯tə(n)/",
      "raw_tags": [
        "Noord-Nederland"
      ]
    },
    {
      "ipa": "/ˈœːtə(n)/",
      "raw_tags": [
        "Vlaanderen",
        "Brabant",
        "Limburg"
      ]
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "äußern"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "utter"
    },
    {
      "lang": "Frans",
      "lang_code": "fr",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "prononcer"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "boquear"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "proferir"
    }
  ],
  "word": "uiten"
}

[Show JSON for raw wiktextract data ▼] [Hide JSON for raw wiktextract data ▲]

{
  "categories": [
    "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met IPA-weergave",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 5",
    "Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands",
    "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands"
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "uiting"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "Afgeleid van uit."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "uitte",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te uiten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uiten",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen uiten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben geuit",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit zullen hebben",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "uitend",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n uit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "uite",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\nuit"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uiten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uiten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uiten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uiten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uiten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uiten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uiten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uiten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uiten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uiten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uiten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uiten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uiten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uiten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uiten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was geuit",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal geuit worden",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal geuit zijn",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou geuit worden",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou geuit zijn",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit worden",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit zullen worden",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit zijn",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit zullen zijn",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geuit te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was geuit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was geuit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was geuit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart geuit",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was geuit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren geuit",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren geuit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren geuit",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geuit zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit me",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uiten ons",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte me",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten ons",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal me uiten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen ons uiten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "first-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uit je",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uiten je",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte je",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten je",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal, zult je uiten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen je uiten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uit zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uit zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte zich/u",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zult zich/u uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zult zich/u uiten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uit u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge,\n gijlieden"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte u",
      "raw_tags": [
        "gij, ge,\n gijlieden"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zult u uiten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zult u uiten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge\ngijlieden"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uit zich",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "present",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uiten zich",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "present",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "uitte zich",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "past",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "uitten zich",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "past",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zal zich uiten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "future",
        "singular"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen zich uiten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "third-person",
        "future",
        "plural"
      ]
    },
    {
      "form": "zich uitend",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "zich geuit hebben",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uit u/je , uit je",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "uite zich",
      "source": "uiten/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "ui·ten",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Wederkerend werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Hij had vaak moeite zich te uiten."
        }
      ],
      "glosses": [
        "zich ~: uiting geven aan gevoelens"
      ],
      "tags": [
        "reflexive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
        "Woorden met artikelreferenties"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Hij uitte een schreeuw."
        },
        {
          "ref": "Weblink bron “Britse premier Johnson stapt op, maar blijft zitten tot opvolger bekend is” (onderdag 07 juli 2022), NU.nl",
          "text": "Het vertrek van een reeks hooggeplaatste functionarissen werd op 5 juli ingeluid door minister van Financiën Rishi Sunak en gezondheidsminister Sajid Javid. Het tweetal uitte bij hun vertrek felle kritiek op Johnson. Ze schreven in een verklaring dat de overheid geen \"goed, competent en serieus werk\" verricht."
        }
      ],
      "glosses": [
        "zeggen"
      ],
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-uiten.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/d/de/Nl-uiten.ogg/Nl-uiten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-uiten.ogg"
    },
    {
      "ipa": "ˈœytə(n)"
    },
    {
      "ipa": "/ˈʌʏ̯tə(n)/",
      "raw_tags": [
        "Noord-Nederland"
      ]
    },
    {
      "ipa": "/ˈœːtə(n)/",
      "raw_tags": [
        "Vlaanderen",
        "Brabant",
        "Limburg"
      ]
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "äußern"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "utter"
    },
    {
      "lang": "Frans",
      "lang_code": "fr",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "prononcer"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "boquear"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "zeggen",
      "sense_index": 2,
      "word": "proferir"
    }
  ],
  "word": "uiten"
}

"uiten" meaning in All languages combined

Verb [Nederlands]

Inflected forms