"aanbouwen" meaning in All languages combined

See aanbouwen on Wiktionary

Verb [Néerlandais]

Forms: bouw aan [present], bouwde aan [preterite], bouwt aan [present], bouwt aan [present], bouwen aan [present], bouwden aan [preterite], bouwen aan [present], bouwen aan [present], bouwt aan [present], bouwde aan [preterite], hebben, aanbouwend [participle, present], aangebouwd [participle, past]
  1. Construire de manière attenante.
    Sense id: fr-aanbouwen-nl-verb-kBuc5TgU Categories (other): Lexique en néerlandais de la construction, Wiktionnaire:Exemples manquants en néerlandais Topics: construction
The following are not (yet) sense-disambiguated
Related terms: bijbouwen, ombouwen, opbouwen, verbouwen

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Lemmes en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Mots reconnus par 100 % des Néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Mots reconnus par 97 % des Flamands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes faibles (-d) en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes transitifs en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Néerlandais",
      "orig": "néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "Dérivé par préfixation de bouwen (« bâtir »)."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "bouw aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwde aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwt aan",
      "raw_tags": [
        "jij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwt aan",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwen aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwden aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwen aan",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwen aan",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwt aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwde aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben",
      "raw_tags": [
        "Auxiliaire"
      ]
    },
    {
      "form": "aanbouwend",
      "tags": [
        "participle",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "aangebouwd",
      "tags": [
        "participle",
        "past"
      ]
    }
  ],
  "lang": "Néerlandais",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Verbe",
  "related": [
    {
      "word": "bijbouwen"
    },
    {
      "word": "ombouwen"
    },
    {
      "word": "opbouwen"
    },
    {
      "word": "verbouwen"
    }
  ],
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Lexique en néerlandais de la construction",
          "parents": [],
          "source": "w"
        },
        {
          "kind": "other",
          "name": "Wiktionnaire:Exemples manquants en néerlandais",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "Construire de manière attenante."
      ],
      "id": "fr-aanbouwen-nl-verb-kBuc5TgU",
      "topics": [
        "construction"
      ]
    }
  ],
  "tags": [
    "transitive"
  ],
  "word": "aanbouwen"
}
{
  "categories": [
    "Lemmes en néerlandais",
    "Mots reconnus par 100 % des Néerlandais",
    "Mots reconnus par 97 % des Flamands",
    "Verbes en néerlandais",
    "Verbes faibles (-d) en néerlandais",
    "Verbes transitifs en néerlandais",
    "néerlandais"
  ],
  "etymology_texts": [
    "Dérivé par préfixation de bouwen (« bâtir »)."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "bouw aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwde aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwt aan",
      "raw_tags": [
        "jij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwt aan",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwen aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwden aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwen aan",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwen aan",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwt aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "bouwde aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben",
      "raw_tags": [
        "Auxiliaire"
      ]
    },
    {
      "form": "aanbouwend",
      "tags": [
        "participle",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "aangebouwd",
      "tags": [
        "participle",
        "past"
      ]
    }
  ],
  "lang": "Néerlandais",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Verbe",
  "related": [
    {
      "word": "bijbouwen"
    },
    {
      "word": "ombouwen"
    },
    {
      "word": "opbouwen"
    },
    {
      "word": "verbouwen"
    }
  ],
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Lexique en néerlandais de la construction",
        "Wiktionnaire:Exemples manquants en néerlandais"
      ],
      "glosses": [
        "Construire de manière attenante."
      ],
      "topics": [
        "construction"
      ]
    }
  ],
  "tags": [
    "transitive"
  ],
  "word": "aanbouwen"
}

Download raw JSONL data for aanbouwen meaning in All languages combined (1.6kB)


This page is a part of the kaikki.org machine-readable All languages combined dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2025-03-25 from the frwiktionary dump dated 2025-03-21 using wiktextract (fef8596 and 633533e). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.