"verbitteren" meaning in Nederlands

See verbitteren in All languages combined, or Wiktionary

Verb

Audio: nl-verbitteren.ogg
Forms: verbitterde [past], verbitterd [past, participle], te verbitteren [active, infinitive, imperfect, present], zullen verbitteren [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen verbitteren [active, infinitive, imperfect, future], hebben verbitterd [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben verbitterd [active, infinitive, perfect, present], verbitterd zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], verbitterd te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], verbitterend [imperfect, participle], verbitterd [past, participle], ev. verbitter [imperative], mv. verouderd verbittert [imperative], verbittere [subjunctive], verbitter [indicative, imperfect, present, singular, first-person], verbittert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], verbittert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], verbittert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], verbittert [indicative, imperfect, present, singular, third-person], verbitterde [indicative, imperfect, past, singular, first-person], verbitterde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], verbitterde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], verbitterde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], verbitterde [indicative, imperfect, past, singular, third-person], verbitterden [indicative, imperfect, past, plural, first-person], verbitterden [indicative, imperfect, past, plural, second-person], verbitterden [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal verbitteren [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult/zal verbitteren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult/zal verbitteren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult verbitteren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal verbitteren [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen verbitteren [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen verbitteren [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen verbitteren [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou verbitteren [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou verbitteren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) verbitteren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt verbitteren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou verbitteren [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden verbitteren [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden verbitteren [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden verbitteren [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], heb verbitterd [perfect, present, first-person], hebt verbitterd [perfect, present, second-person], hebt/heeft verbitterd [perfect, present, second-person], hebt verbitterd [perfect, present, second-person], heeft verbitterd [perfect, present, third-person], hebben verbitterd [perfect, present, first-person], hebben verbitterd [perfect, present, second-person], hebben verbitterd [perfect, present, third-person], had verbitterd [perfect, past, first-person], had verbitterd [perfect, past, second-person], had verbitterd [perfect, past, second-person], hadt verbitterd [perfect, past, second-person], had verbitterd [perfect, past, third-person], hadden verbitterd [perfect, past, first-person], hadden verbitterd [perfect, past, second-person], hadden verbitterd [perfect, past, third-person], zal verbitterd hebben [perfect, future, first-person], zal/zult verbitterd hebben [perfect, future, second-person], zult/zal verbitterd hebben [perfect, future, second-person], zult verbitterd hebben [perfect, future, second-person], zal verbitterd hebben [perfect, future, third-person], zullen verbitterd hebben [perfect, future, first-person], zullen verbitterd hebben [perfect, future, second-person], zullen verbitterd hebben [perfect, future, third-person], zou verbitterd hebben [perfect, conditional, first-person], zou verbitterd hebben [perfect, conditional, second-person], zou/zoudt verbitterd hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt verbitterd hebben [perfect, conditional, second-person], zou verbitterd hebben [perfect, conditional, third-person], zouden verbitterd hebben [perfect, conditional, first-person], zouden verbitterd hebben [perfect, conditional, second-person], zouden verbitterd hebben [perfect, conditional, third-person], er wordt verbitterd [impersonal, passive, present, imperfect], er is verbitterd [impersonal, passive, present, perfect], er werd verbitterd [impersonal, passive, past, imperfect], er was verbitterd [impersonal, passive, past, perfect], er zal verbitterd worden [impersonal, passive, future, imperfect], er zal verbitterd zijn [impersonal, passive, future, perfect], er zou verbitterd worden [impersonal, passive, conditional, imperfect], er zou verbitterd zijn [impersonal, passive, conditional, perfect], verbitterd worden [passive, infinitive, imperfect, present, short-form], verbitterd te worden [passive, infinitive, imperfect, present], verbitterd zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future, short-form], verbitterd te zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future], verbitterd zijn [passive, infinitive, perfect, present, short-form], verbitterd te zijn [passive, infinitive, perfect, present], verbitterd zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future, short-form], verbitterd te zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future], word verbitterd [singular, imperfect, present, first-person], wordt verbitterd [singular, imperfect, present, second-person], wordt verbitterd [singular, imperfect, present, second-person], wordt verbitterd [singular, imperfect, present, second-person], wordt verbitterd [singular, imperfect, present, plural, third-person], worden verbitterd [singular, imperfect, present, plural, first-person], worden verbitterd [singular, imperfect, present, plural, second-person], worden verbitterd [singular, imperfect, present, third-person], werd verbitterd [singular, imperfect, past, first-person], werd verbitterd [singular, imperfect, past, second-person], werd verbitterd [singular, imperfect, past, second-person], werdt verbitterd [singular, imperfect, past, second-person], werd verbitterd [singular, imperfect, past, plural, third-person], werden verbitterd [singular, imperfect, past, plural, first-person], werden verbitterd [singular, imperfect, past, plural, second-person], werden verbitterd [singular, imperfect, past, third-person], zal verbitterd worden [singular, imperfect, future, first-person], zult verbitterd worden [singular, imperfect, future, second-person], zult verbitterd worden [singular, imperfect, future, second-person], zult verbitterd worden [singular, imperfect, future, second-person], zal verbitterd worden [singular, imperfect, future, plural, third-person], zullen verbitterd worden [singular, imperfect, future, plural, first-person], zullen verbitterd worden [singular, imperfect, future, plural, second-person], zullen verbitterd worden [singular, imperfect, future, third-person], zou verbitterd worden [singular, imperfect, conditional, first-person], zou verbitterd worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou/zoudt verbitterd worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zoudt verbitterd worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou verbitterd worden [singular, imperfect, conditional, plural, third-person], zouden verbitterd worden [singular, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden verbitterd worden [singular, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden verbitterd worden [singular, imperfect, conditional, third-person], ben verbitterd [perfect, present, first-person], bent verbitterd [perfect, present, second-person], bent/is verbitterd [perfect, present, second-person], zijt verbitterd [perfect, present, second-person], is verbitterd [perfect, present, third-person], zijn verbitterd [perfect, present, first-person], zijn verbitterd [perfect, present, second-person], zijn verbitterd [perfect, present, third-person], was verbitterd [perfect, past, first-person], was verbitterd [perfect, past, second-person], was verbitterd [perfect, past, second-person], waart verbitterd [perfect, past, second-person], was verbitterd [perfect, past, third-person], waren verbitterd [perfect, past, first-person], waren verbitterd [perfect, past, second-person], waren verbitterd [perfect, past, third-person], zal verbitterd zijn [perfect, future, first-person], zult verbitterd zijn [perfect, future, second-person], zult verbitterd zijn [perfect, future, second-person], zult verbitterd zijn [perfect, future, second-person], zal verbitterd zijn [perfect, future, third-person], zullen verbitterd zijn [perfect, future, first-person], zullen verbitterd zijn [perfect, future, second-person], zullen verbitterd zijn [perfect, future, third-person], zou verbitterd zijn [perfect, conditional, first-person], zou verbitterd zijn [perfect, conditional, second-person], zou/zoudt verbitterd zijn [perfect, conditional, second-person], zoudt verbitterd zijn [perfect, conditional, second-person], zou verbitterd zijn [perfect, conditional, third-person], zouden verbitterd zijn [perfect, conditional, first-person], zouden verbitterd zijn [perfect, conditional, second-person], zouden verbitterd zijn [perfect, conditional, third-person]
  1. bitter maken Tags: transitive
    Sense id: nl-verbitteren-nl-verb-WylDXyst Categories (other): Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated
Translations (bitter maken): verbittern (Duits), embitter (Engels), exaspérer (Frans), amargar (Spaans), acibarar (Spaans)
Categories (other): Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands, Ontbrekend geluid, Retrograad van het Nederlands, Vervoeging in het Nederlands, Voorvoegsel ver- in het Nederlands, Werkwoord in het Nederlands, Woorden in het Nederlands, Woorden in het Nederlands met audioweergave, Woorden in het Nederlands van lengte 11, Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Voorvoegsel ver- in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 11",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "Afgeleid van bitteren met het voorvoegsel ver- of afgeleid van bitter met het voorvoegsel ver-"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "verbitterde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te verbitteren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitteren",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen verbitteren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd zullen hebben",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterend",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n verbitter",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "mv. verouderd\nverbittert",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittere",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitter",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittert",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittert",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittert",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittert",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitteren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal verbitteren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal verbitteren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitteren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitteren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitteren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitteren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitteren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitteren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitteren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) verbitteren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt verbitteren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitteren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitteren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitteren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitteren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt/heeft verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal/zult verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal verbitterd worden",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal verbitterd zijn",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou verbitterd worden",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou verbitterd zijn",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd worden",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd zullen worden",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd zijn",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd zullen zijn",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent/is verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "ver·bit·te·ren",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Angst voor de dood verbittert veel zoets des levens."
        }
      ],
      "glosses": [
        "bitter maken"
      ],
      "id": "nl-verbitteren-nl-verb-WylDXyst",
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-verbitteren.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/d/dc/Nl-verbitteren.ogg/Nl-verbitteren.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-verbitteren.ogg"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "verbittern"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "embitter"
    },
    {
      "lang": "Frans",
      "lang_code": "fr",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "exaspérer"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "amargar"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "acibarar"
    }
  ],
  "word": "verbitteren"
}

{
  "categories": [
    "Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Voorvoegsel ver- in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 11",
    "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands"
  ],
  "etymology_texts": [
    "Afgeleid van bitteren met het voorvoegsel ver- of afgeleid van bitter met het voorvoegsel ver-"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "verbitterde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te verbitteren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitteren",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen verbitteren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd zullen hebben",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterend",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n verbitter",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "mv. verouderd\nverbittert",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittere",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitter",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittert",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittert",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittert",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbittert",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitteren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal verbitteren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal verbitteren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitteren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitteren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitteren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitteren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitteren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitteren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitteren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) verbitteren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt verbitteren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitteren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitteren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitteren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitteren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt/heeft verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal/zult verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was verbitterd",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal verbitterd worden",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal verbitterd zijn",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou verbitterd worden",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou verbitterd zijn",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd worden",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd zullen worden",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd zijn",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd zullen zijn",
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "verbitterd te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent/is verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was verbitterd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was verbitterd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart verbitterd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was verbitterd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren verbitterd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren verbitterd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren verbitterd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden verbitterd zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "verbitteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "ver·bit·te·ren",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Angst voor de dood verbittert veel zoets des levens."
        }
      ],
      "glosses": [
        "bitter maken"
      ],
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-verbitteren.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/d/dc/Nl-verbitteren.ogg/Nl-verbitteren.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-verbitteren.ogg"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "verbittern"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "embitter"
    },
    {
      "lang": "Frans",
      "lang_code": "fr",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "exaspérer"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "amargar"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "bitter maken",
      "sense_index": 1,
      "word": "acibarar"
    }
  ],
  "word": "verbitteren"
}

Download raw JSONL data for verbitteren meaning in Nederlands (23.6kB)

This page is a part of the kaikki.org machine-readable Nederlands dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2024-11-06 from the nlwiktionary dump dated 2024-10-20 using wiktextract (fbeafe8 and 7f03c9b). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.