"uitweken" meaning in Nederlands

See uitweken in All languages combined, or Wiktionary

Verb

Audio: nl-uitweken.ogg
Forms: weekte uit [past], uitgeweekt [past, participle], uit te weken [active, infinitive, imperfect, present], zullen uitweken uit zullen weken [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen uitweken uit te zullen weken [active, infinitive, imperfect, future], hebben uitgeweekt [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben uitgeweekt [active, infinitive, perfect, present], uitgeweekt zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], uitgeweekt te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], uitwekend [imperfect, participle], uitgeweekt [past, participle], ev. week uit [imperative], week uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, first-person], weekt uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], weekt uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], weekt uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], weekt uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, third-person], weken uit [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, first-person], weken uit [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, second-person], weken uit [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, third-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, first-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, third-person], weekten uit [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, first-person], weekten uit [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, second-person], weekten uit [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, third-person], zal uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, first-person], zult uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zult uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zult uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, third-person], zullen uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, first-person], zullen uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, second-person], zullen uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, third-person], zou uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, first-person], zou uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zou(dt) uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zoudt uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zou uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, third-person], zouden uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, first-person], zouden uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, second-person], zouden uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, third-person], uitweek [subordinate-clause, present], uitweekt [subordinate-clause, present], uitweekt [subordinate-clause, present], uitweekt [subordinate-clause, present], uitweekt [subordinate-clause, present], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekten [subordinate-clause, past], uitweekten [subordinate-clause, past], uitweekten [subordinate-clause, past], zal uitweken uit zal weken [subordinate-clause, future], zult uitweken uit zult/zal weken [subordinate-clause, future], zal uitweken uit zult/zal weken [subordinate-clause, future], zult uitweken uit zult/zal weken [subordinate-clause, future], zal uitweken uit zult/zal weken [subordinate-clause, future], zult uitweken uit zult weken [subordinate-clause, future], zal uitweken uit zal weken [subordinate-clause, future], zullen uitweken uit zullen weken [subordinate-clause, future], zullen uitweken uit zullen weken [subordinate-clause, future], zullen uitweken uit zullen weken [subordinate-clause, future], zou uitweken uit zou weken [subordinate-clause, conditional], zou uitweken uit zou weken [subordinate-clause, conditional], zou(dt) uitweken uit zou(dt) weken [subordinate-clause, conditional], zoudt uitweken uit zoudt weken [subordinate-clause, conditional], zou uitweken uit zou weken [subordinate-clause, conditional], zouden uitweken uit zouden weken [subordinate-clause, conditional], zouden uitweken uit zouden weken [subordinate-clause, conditional], zouden uitweken uit zouden weken [subordinate-clause, conditional], heb uitgeweekt [perfect, present, first-person], hebt uitgeweekt [perfect, present, second-person], hebt uitgeweekt [perfect, present, second-person], heeft uitgeweekt [perfect, present, second-person], hebt uitgeweekt [perfect, present, second-person], heeft uitgeweekt [perfect, present, third-person], hebben uitgeweekt [perfect, present, first-person], hebben uitgeweekt [perfect, present, second-person], hebben uitgeweekt [perfect, present, third-person], had uitgeweekt [perfect, past, first-person], had uitgeweekt [perfect, past, second-person], had uitgeweekt [perfect, past, second-person], hadt uitgeweekt [perfect, past, second-person], had uitgeweekt [perfect, past, third-person], hadden uitgeweekt [perfect, past, first-person], hadden uitgeweekt [perfect, past, second-person], hadden uitgeweekt [perfect, past, third-person], zal uitgeweekt hebben [perfect, future, first-person], zal uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zult uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zult uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zal uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zult uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zal uitgeweekt hebben [perfect, future, third-person], zullen uitgeweekt hebben [perfect, future, first-person], zullen uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zullen uitgeweekt hebben [perfect, future, third-person], zou uitgeweekt hebben [perfect, conditional, first-person], zou uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zou uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zou uitgeweekt hebben [perfect, conditional, third-person], zouden uitgeweekt hebben [perfect, conditional, first-person], zouden uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zouden uitgeweekt hebben [perfect, conditional, third-person]
  1. door weken laten verdwijnen
    Sense id: nl-uitweken-nl-verb-aKViPolV
The following are not (yet) sense-disambiguated
Categories (other): Ontbrekend geluid, Retrograad van het Nederlands, Samenstelling in het Nederlands, Scheidbaar werkwoord in het Nederlands, Vervoeging in het Nederlands, Werkwoord in het Nederlands, WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands, Woorden in het Nederlands, Woorden in het Nederlands met audioweergave, Woorden in het Nederlands van lengte 8, Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands

Verb

Audio: nl-uitweken.ogg
Forms: weekte uit [past], uitgeweekt [past, participle], uit te weken [active, infinitive, imperfect, present], zullen uitweken uit zullen weken [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen uitweken uit te zullen weken [active, infinitive, imperfect, future], hebben uitgeweekt [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben uitgeweekt [active, infinitive, perfect, present], uitgeweekt zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], uitgeweekt te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], uitwekend [imperfect, participle], uitgeweekt [past, participle], ev. week uit [imperative], week uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, first-person], weekt uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], weekt uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], weekt uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], weekt uit [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, third-person], weken uit [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, first-person], weken uit [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, second-person], weken uit [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, third-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, first-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], weekte uit [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, third-person], weekten uit [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, first-person], weekten uit [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, second-person], weekten uit [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, third-person], zal uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, first-person], zult uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zult uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zult uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, third-person], zullen uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, first-person], zullen uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, second-person], zullen uitweken [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, third-person], zou uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, first-person], zou uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zou(dt) uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zoudt uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zou uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, third-person], zouden uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, first-person], zouden uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, second-person], zouden uitweken [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, third-person], uitweek [subordinate-clause, present], uitweekt [subordinate-clause, present], uitweekt [subordinate-clause, present], uitweekt [subordinate-clause, present], uitweekt [subordinate-clause, present], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekte [subordinate-clause, past], uitweekten [subordinate-clause, past], uitweekten [subordinate-clause, past], uitweekten [subordinate-clause, past], zal uitweken uit zal weken [subordinate-clause, future], zult uitweken uit zult/zal weken [subordinate-clause, future], zal uitweken uit zult/zal weken [subordinate-clause, future], zult uitweken uit zult/zal weken [subordinate-clause, future], zal uitweken uit zult/zal weken [subordinate-clause, future], zult uitweken uit zult weken [subordinate-clause, future], zal uitweken uit zal weken [subordinate-clause, future], zullen uitweken uit zullen weken [subordinate-clause, future], zullen uitweken uit zullen weken [subordinate-clause, future], zullen uitweken uit zullen weken [subordinate-clause, future], zou uitweken uit zou weken [subordinate-clause, conditional], zou uitweken uit zou weken [subordinate-clause, conditional], zou(dt) uitweken uit zou(dt) weken [subordinate-clause, conditional], zoudt uitweken uit zoudt weken [subordinate-clause, conditional], zou uitweken uit zou weken [subordinate-clause, conditional], zouden uitweken uit zouden weken [subordinate-clause, conditional], zouden uitweken uit zouden weken [subordinate-clause, conditional], zouden uitweken uit zouden weken [subordinate-clause, conditional], heb uitgeweekt [perfect, present, first-person], hebt uitgeweekt [perfect, present, second-person], hebt uitgeweekt [perfect, present, second-person], heeft uitgeweekt [perfect, present, second-person], hebt uitgeweekt [perfect, present, second-person], heeft uitgeweekt [perfect, present, third-person], hebben uitgeweekt [perfect, present, first-person], hebben uitgeweekt [perfect, present, second-person], hebben uitgeweekt [perfect, present, third-person], had uitgeweekt [perfect, past, first-person], had uitgeweekt [perfect, past, second-person], had uitgeweekt [perfect, past, second-person], hadt uitgeweekt [perfect, past, second-person], had uitgeweekt [perfect, past, third-person], hadden uitgeweekt [perfect, past, first-person], hadden uitgeweekt [perfect, past, second-person], hadden uitgeweekt [perfect, past, third-person], zal uitgeweekt hebben [perfect, future, first-person], zal uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zult uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zult uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zal uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zult uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zal uitgeweekt hebben [perfect, future, third-person], zullen uitgeweekt hebben [perfect, future, first-person], zullen uitgeweekt hebben [perfect, future, second-person], zullen uitgeweekt hebben [perfect, future, third-person], zou uitgeweekt hebben [perfect, conditional, first-person], zou uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zou uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zou uitgeweekt hebben [perfect, conditional, third-person], zouden uitgeweekt hebben [perfect, conditional, first-person], zouden uitgeweekt hebben [perfect, conditional, second-person], zouden uitgeweekt hebben [perfect, conditional, third-person]
  1. meervoud verleden tijd van uitwijken Tags: form-of, with-subordinate-clause Form of: uitwijken
    Sense id: nl-uitweken-nl-verb-xUmI9DLa
The following are not (yet) sense-disambiguated
Categories (other): Ontbrekend geluid, Retrograad van het Nederlands, Samenstelling in het Nederlands, Scheidbaar werkwoord in het Nederlands, Vervoeging in het Nederlands, Werkwoord in het Nederlands, Werkwoordsvorm in het Nederlands, WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands, Woorden in het Nederlands, Woorden in het Nederlands met audioweergave, Woorden in het Nederlands van lengte 8, Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Samenstelling in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Scheidbaar werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "samenstelling van uit en weken"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "weekte uit",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "uit te weken",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen uitweken\nuit te zullen weken",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt zullen hebben",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "uitwekend",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n week uit",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "week uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitweken",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweek",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uitweken\nuit zou(dt) weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitweken\nuit zoudt weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "heb uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "uit·we·ken",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "glosses": [
        "door weken laten verdwijnen"
      ],
      "id": "nl-uitweken-nl-verb-aKViPolV"
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-uitweken.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/6/6c/Nl-uitweken.ogg/Nl-uitweken.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-uitweken.ogg"
    }
  ],
  "word": "uitweken"
}

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Samenstelling in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Scheidbaar werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoordsvorm in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "samenstelling van uit en weken"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "weekte uit",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "uit te weken",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen uitweken\nuit te zullen weken",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt zullen hebben",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "uitwekend",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n week uit",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "week uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitweken",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweek",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uitweken\nuit zou(dt) weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitweken\nuit zoudt weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "heb uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "uit·we·ken",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "examples": [
        {
          "text": "...dat wij uitweken."
        },
        {
          "text": "...dat jullie uitweken."
        },
        {
          "text": "...dat zij uitweken."
        }
      ],
      "form_of": [
        {
          "word": "uitwijken"
        }
      ],
      "glosses": [
        "meervoud verleden tijd van uitwijken"
      ],
      "id": "nl-uitweken-nl-verb-xUmI9DLa",
      "tags": [
        "form-of",
        "with-subordinate-clause"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-uitweken.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/6/6c/Nl-uitweken.ogg/Nl-uitweken.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-uitweken.ogg"
    }
  ],
  "tags": [
    "form-of"
  ],
  "word": "uitweken"
}

{
  "categories": [
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Samenstelling in het Nederlands",
    "Scheidbaar werkwoord in het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
    "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands"
  ],
  "etymology_texts": [
    "samenstelling van uit en weken"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "weekte uit",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "uit te weken",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen uitweken\nuit te zullen weken",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt zullen hebben",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "uitwekend",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n week uit",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "week uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitweken",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweek",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uitweken\nuit zou(dt) weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitweken\nuit zoudt weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "heb uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "uit·we·ken",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "glosses": [
        "door weken laten verdwijnen"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-uitweken.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/6/6c/Nl-uitweken.ogg/Nl-uitweken.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-uitweken.ogg"
    }
  ],
  "word": "uitweken"
}

{
  "categories": [
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Samenstelling in het Nederlands",
    "Scheidbaar werkwoord in het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "Werkwoordsvorm in het Nederlands",
    "WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
    "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands"
  ],
  "etymology_texts": [
    "samenstelling van uit en weken"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "weekte uit",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "uit te weken",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen uitweken\nuit te zullen weken",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt zullen hebben",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "uitwekend",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "uitgeweekt",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n week uit",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "week uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekt uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weken uit",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekte uit",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "weekten uit",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uitweken",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitweken",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweek",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekt",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekte",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "uitweekten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zult/zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitweken\nuit zult weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitweken\nuit zal weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitweken\nuit zullen weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) uitweken\nuit zou(dt) weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitweken\nuit zoudt weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitweken\nuit zou weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitweken\nuit zouden weken",
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "heb uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden uitgeweekt",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden uitgeweekt hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "uitweken/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "uit·we·ken",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "examples": [
        {
          "text": "...dat wij uitweken."
        },
        {
          "text": "...dat jullie uitweken."
        },
        {
          "text": "...dat zij uitweken."
        }
      ],
      "form_of": [
        {
          "word": "uitwijken"
        }
      ],
      "glosses": [
        "meervoud verleden tijd van uitwijken"
      ],
      "tags": [
        "form-of",
        "with-subordinate-clause"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-uitweken.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/6/6c/Nl-uitweken.ogg/Nl-uitweken.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-uitweken.ogg"
    }
  ],
  "tags": [
    "form-of"
  ],
  "word": "uitweken"
}

Download raw JSONL data for uitweken meaning in Nederlands (34.4kB)

This page is a part of the kaikki.org machine-readable Nederlands dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2024-12-21 from the nlwiktionary dump dated 2024-12-20 using wiktextract (d8cb2f3 and 4e554ae). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.