"splijten" meaning in Nederlands

See splijten in All languages combined, or Wiktionary

Verb

Audio: nl-splijten.ogg
Forms: spleet [past], gespleten [past, participle], te splijten [active, infinitive, imperfect, present], zullen splijten [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen splijten [active, infinitive, imperfect, future], hebben/zijn gespleten [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben/zijn gespleten [active, infinitive, perfect, present], gespleten zullen hebben/zijn [active, infinitive, perfect, future, short-form], gespleten te zullen hebben/zijn [active, infinitive, perfect, future], splijtend [imperfect, participle], gespleten [past, participle], ev. splijt [imperative], mv. verouderd splijt [imperative], splijte [subjunctive], splijt [indicative, imperfect, present, singular, first-person], splijt [indicative, imperfect, present, singular, second-person], splijt [indicative, imperfect, present, singular, second-person], splijt [indicative, imperfect, present, singular, second-person], splijt [indicative, imperfect, present, singular, third-person], spleet [indicative, imperfect, past, singular, first-person], spleet [indicative, imperfect, past, singular, second-person], spleet [indicative, imperfect, past, singular, second-person], spleet [indicative, imperfect, past, singular, second-person], spleet [indicative, imperfect, past, singular, third-person], spleten [indicative, imperfect, past, plural, first-person], spleten [indicative, imperfect, past, plural, second-person], spleten [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal splijten [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult/zal splijten [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult/zal splijten [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult splijten [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal splijten [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen splijten [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen splijten [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen splijten [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou splijten [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou splijten [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) splijten [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt splijten [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou splijten [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden splijten [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden splijten [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden splijten [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], er wordt gespleten [impersonal, passive, perfect, present, first-person, imperfect], er is gespleten [impersonal, passive, perfect, present, third-person, perfect], er werd gespleten [impersonal, passive, perfect, past, first-person, imperfect], er was gespleten [impersonal, passive, perfect, past, third-person, perfect], er zal gespleten worden [impersonal, passive, perfect, future, first-person, imperfect], er zal gespleten zijn [impersonal, passive, perfect, future, third-person, perfect], er zou gespleten worden [impersonal, passive, perfect, conditional, first-person, imperfect], er zou gespleten zijn [impersonal, passive, perfect, conditional, third-person, perfect], gespleten worden [passive, infinitive, imperfect, present, short-form], gespleten te worden [passive, infinitive, imperfect, present], gespleten zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future, short-form], gespleten te zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future], gespleten zijn [passive, infinitive, perfect, present, short-form], gespleten te zijn [passive, infinitive, perfect, present], gespleten zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future, short-form], gespleten te zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future], word gespleten [singular, imperfect, present, first-person], wordt gespleten [singular, imperfect, present, second-person], wordt gespleten [singular, imperfect, present, second-person], wordt gespleten [singular, imperfect, present, second-person], wordt gespleten [singular, imperfect, present, plural, third-person], worden gespleten [singular, imperfect, present, plural, first-person], worden gespleten [singular, imperfect, present, plural, second-person], worden gespleten [singular, imperfect, present, third-person], werd gespleten [singular, imperfect, past, first-person], werd gespleten [singular, imperfect, past, second-person], werd gespleten [singular, imperfect, past, second-person], werdt gespleten [singular, imperfect, past, second-person], werd gespleten [singular, imperfect, past, plural, third-person], werden gespleten [singular, imperfect, past, plural, first-person], werden gespleten [singular, imperfect, past, plural, second-person], werden gespleten [singular, imperfect, past, third-person], zal gespleten worden [singular, imperfect, future, first-person], zult gespleten worden [singular, imperfect, future, second-person], zult gespleten worden [singular, imperfect, future, second-person], zult gespleten worden [singular, imperfect, future, second-person], zal gespleten worden [singular, imperfect, future, plural, third-person], zullen gespleten worden [singular, imperfect, future, plural, first-person], zullen gespleten worden [singular, imperfect, future, plural, second-person], zullen gespleten worden [singular, imperfect, future, third-person], zou gespleten worden [singular, imperfect, conditional, first-person], zou gespleten worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou/zoudt gespleten worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zoudt gespleten worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou gespleten worden [singular, imperfect, conditional, plural, third-person], zouden gespleten worden [singular, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden gespleten worden [singular, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden gespleten worden [singular, imperfect, conditional, third-person], ben gespleten [perfect, present, first-person], bent gespleten [perfect, present, second-person], bent/is gespleten [perfect, present, second-person], zijt gespleten [perfect, present, second-person], is gespleten [perfect, present, third-person], zijn gespleten [perfect, present, first-person], zijn gespleten [perfect, present, second-person], zijn gespleten [perfect, present, third-person], was gespleten [perfect, past, first-person], was gespleten [perfect, past, second-person], was gespleten [perfect, past, second-person], waart gespleten [perfect, past, second-person], was gespleten [perfect, past, third-person], waren gespleten [perfect, past, first-person], waren gespleten [perfect, past, second-person], waren gespleten [perfect, past, third-person], zal gespleten zijn [perfect, future, first-person], zult gespleten zijn [perfect, future, second-person], zult gespleten zijn [perfect, future, second-person], zult gespleten zijn [perfect, future, second-person], zal gespleten zijn [perfect, future, third-person], zullen gespleten zijn [perfect, future, first-person], zullen gespleten zijn [perfect, future, second-person], zullen gespleten zijn [perfect, future, third-person], zou gespleten zijn [perfect, conditional, first-person], zou gespleten zijn [perfect, conditional, second-person], zou/zoudt gespleten zijn [perfect, conditional, second-person], zoudt gespleten zijn [perfect, conditional, second-person], zou gespleten zijn [perfect, conditional, third-person], zouden gespleten zijn [perfect, conditional, first-person], zouden gespleten zijn [perfect, conditional, second-person], zouden gespleten zijn [perfect, conditional, third-person]
  1. langs een nerf in tweeën breken Tags: transitive
    Sense id: nl-splijten-nl-verb-pbLB2ghP Categories (other): Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
  2. het proces van het in twee delen breken langs een nerf Tags: ergative
    Sense id: nl-splijten-nl-verb-iHmWatiM Categories (other): Ergatief werkwoord in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated
Hyponyms: afsplijten, doorsplijten, opensplijten, opsplijten, uitsplijten, vaneensplijten Translations (langs een nerf in tweeën breken): spalten (Duits), split (Engels), kljúfa (Oudnoords), klyfja (Oudnoords), losna (Oudnoords), skilja (Oudnoords), sneiða (Oudnoords), dividir (Spaans), partir (Spaans), cachar (Spaans)
Categories (other): Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands, Ontbrekend geluid, Retrograad van het Nederlands, Sterk werkwoord klasse 1 in het Nederlands, Vervoeging in het Nederlands, Werkwoord in het Nederlands, Woorden in het Nederlands, Woorden in het Nederlands met audioweergave, Woorden in het Nederlands van lengte 8 Derived forms: splijtbaar, splijtbak, splijting, splijtkool, splijtproef, splijtrichting, splijtstaaf, splijtsteen, splijtstof, splijtvlak, splijtzwam

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Sterk werkwoord klasse 1 in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "splijtbaar"
    },
    {
      "word": "splijtbak"
    },
    {
      "word": "splijting"
    },
    {
      "word": "splijtkool"
    },
    {
      "word": "splijtproef"
    },
    {
      "word": "splijtrichting"
    },
    {
      "word": "splijtstaaf"
    },
    {
      "word": "splijtsteen"
    },
    {
      "word": "splijtstof"
    },
    {
      "word": "splijtvlak"
    },
    {
      "word": "splijtzwam"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "In de betekenis van ‘kloven’ voor het eerst aangetroffen in 1240",
    "<Middelnederlands: spliten, vgl. Middelhoogduits: splizen, Oudfries splīta, < Proto-Indo-Europees *spleid «splinter, spaan», vgl Oudiers: sliss"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "spleet",
      "ipa": "/splet/",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten",
      "ipa": "/ɣə'spletə(n)/",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te splijten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splijten",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen splijten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben/zijn gespleten",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben/zijn gespleten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten zullen hebben/zijn",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te zullen hebben/zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "splijtend",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n splijt",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "mv. verouderd\nsplijt",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "splijte",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splijten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal splijten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal splijten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult splijten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splijten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splijten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splijten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splijten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splijten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splijten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) splijten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt splijten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splijten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splijten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splijten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splijten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "present",
        "first-person",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "present",
        "third-person",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "past",
        "first-person",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "past",
        "third-person",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "future",
        "first-person",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "future",
        "third-person",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten worden",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten zullen worden",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten zijn",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten zullen zijn",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gespleten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gespleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gespleten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt gespleten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gespleten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gespleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gespleten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent gespleten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent/is gespleten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt gespleten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gespleten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gespleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gespleten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gespleten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gespleten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart gespleten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gespleten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gespleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gespleten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "splij·ten",
  "hyponyms": [
    {
      "word": "afsplijten"
    },
    {
      "word": "doorsplijten"
    },
    {
      "word": "opensplijten"
    },
    {
      "word": "opsplijten"
    },
    {
      "word": "uitsplijten"
    },
    {
      "word": "vaneensplijten"
    }
  ],
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "We hebben eerst dit stuk hout gespleten."
        }
      ],
      "glosses": [
        "langs een nerf in tweeën breken"
      ],
      "id": "nl-splijten-nl-verb-pbLB2ghP",
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Ergatief werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Dit hout splijt gemakkelijk."
        }
      ],
      "glosses": [
        "het proces van het in twee delen breken langs een nerf"
      ],
      "id": "nl-splijten-nl-verb-iHmWatiM",
      "tags": [
        "ergative"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-splijten.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/2/22/Nl-splijten.ogg/Nl-splijten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-splijten.ogg"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "spalten"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "split"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "kljúfa"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "klyfja"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "losna"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "skilja"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "sneiða"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "dividir"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "partir"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "cachar"
    }
  ],
  "word": "splijten"
}

{
  "categories": [
    "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Sterk werkwoord klasse 1 in het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 8"
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "splijtbaar"
    },
    {
      "word": "splijtbak"
    },
    {
      "word": "splijting"
    },
    {
      "word": "splijtkool"
    },
    {
      "word": "splijtproef"
    },
    {
      "word": "splijtrichting"
    },
    {
      "word": "splijtstaaf"
    },
    {
      "word": "splijtsteen"
    },
    {
      "word": "splijtstof"
    },
    {
      "word": "splijtvlak"
    },
    {
      "word": "splijtzwam"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "In de betekenis van ‘kloven’ voor het eerst aangetroffen in 1240",
    "<Middelnederlands: spliten, vgl. Middelhoogduits: splizen, Oudfries splīta, < Proto-Indo-Europees *spleid «splinter, spaan», vgl Oudiers: sliss"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "spleet",
      "ipa": "/splet/",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten",
      "ipa": "/ɣə'spletə(n)/",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te splijten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splijten",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen splijten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben/zijn gespleten",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben/zijn gespleten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten zullen hebben/zijn",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te zullen hebben/zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "splijtend",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n splijt",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "mv. verouderd\nsplijt",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "splijte",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "splijt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleet",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "spleten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splijten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal splijten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal splijten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult splijten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal splijten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splijten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splijten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen splijten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splijten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splijten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) splijten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt splijten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou splijten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splijten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splijten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden splijten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "present",
        "first-person",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "present",
        "third-person",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "past",
        "first-person",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "past",
        "third-person",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "future",
        "first-person",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "future",
        "third-person",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten worden",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten zullen worden",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten zijn",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten zullen zijn",
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespleten te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gespleten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gespleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden gespleten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt gespleten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gespleten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gespleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden gespleten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent gespleten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent/is gespleten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt gespleten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gespleten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gespleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn gespleten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gespleten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gespleten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gespleten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart gespleten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was gespleten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gespleten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gespleten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren gespleten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespleten zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "splijten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "splij·ten",
  "hyponyms": [
    {
      "word": "afsplijten"
    },
    {
      "word": "doorsplijten"
    },
    {
      "word": "opensplijten"
    },
    {
      "word": "opsplijten"
    },
    {
      "word": "uitsplijten"
    },
    {
      "word": "vaneensplijten"
    }
  ],
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "We hebben eerst dit stuk hout gespleten."
        }
      ],
      "glosses": [
        "langs een nerf in tweeën breken"
      ],
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        "Ergatief werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Dit hout splijt gemakkelijk."
        }
      ],
      "glosses": [
        "het proces van het in twee delen breken langs een nerf"
      ],
      "tags": [
        "ergative"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-splijten.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/2/22/Nl-splijten.ogg/Nl-splijten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-splijten.ogg"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "spalten"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "split"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "kljúfa"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "klyfja"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "losna"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "skilja"
    },
    {
      "lang": "Oudnoords",
      "lang_code": "non",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "sneiða"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "dividir"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "partir"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "langs een nerf in tweeën breken",
      "sense_index": 1,
      "word": "cachar"
    }
  ],
  "word": "splijten"
}

Download raw JSONL data for splijten meaning in Nederlands (20.6kB)

This page is a part of the kaikki.org machine-readable Nederlands dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2024-11-06 from the nlwiktionary dump dated 2024-10-20 using wiktextract (fbeafe8 and 7f03c9b). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.