"profeteren" meaning in Nederlands

See profeteren in All languages combined, or Wiktionary

Verb

Audio: nl-profeteren.ogg
Forms: profeteerde [past], geprofeteerd [past, participle], te profeteren [active, infinitive, imperfect, present], zullen profeteren [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen profeteren [active, infinitive, imperfect, future], hebben geprofeteerd [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben geprofeteerd [active, infinitive, perfect, present], geprofeteerd zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], geprofeteerd te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], profeterend [imperfect, participle], geprofeteerd [past, participle], ev. profeteer [imperative], mv. verouderd profeteert [imperative], profetere [subjunctive], profeteer [indicative, imperfect, present, singular, first-person], profeteert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], profeteert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], profeteert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], profeteert [indicative, imperfect, present, singular, third-person], profeteerde [indicative, imperfect, past, singular, first-person], profeteerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], profeteerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], profeteerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], profeteerde [indicative, imperfect, past, singular, third-person], profeteerden [indicative, imperfect, past, plural, first-person], profeteerden [indicative, imperfect, past, plural, second-person], profeteerden [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal profeteren [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult/zal profeteren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult/zal profeteren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult profeteren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal profeteren [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen profeteren [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen profeteren [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen profeteren [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou profeteren [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou profeteren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) profeteren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt profeteren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou profeteren [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden profeteren [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden profeteren [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden profeteren [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], heb geprofeteerd [perfect, present, first-person], hebt geprofeteerd [perfect, present, second-person], hebt/heeft geprofeteerd [perfect, present, second-person], hebt geprofeteerd [perfect, present, second-person], heeft geprofeteerd [perfect, present, third-person], hebben geprofeteerd [perfect, present, first-person], hebben geprofeteerd [perfect, present, second-person], hebben geprofeteerd [perfect, present, third-person], had geprofeteerd [perfect, past, first-person], had geprofeteerd [perfect, past, second-person], had geprofeteerd [perfect, past, second-person], hadt geprofeteerd [perfect, past, second-person], had geprofeteerd [perfect, past, third-person], hadden geprofeteerd [perfect, past, first-person], hadden geprofeteerd [perfect, past, second-person], hadden geprofeteerd [perfect, past, third-person], zal geprofeteerd hebben [perfect, future, first-person], zal/zult geprofeteerd hebben [perfect, future, second-person], zult/zal geprofeteerd hebben [perfect, future, second-person], zult geprofeteerd hebben [perfect, future, second-person], zal geprofeteerd hebben [perfect, future, third-person], zullen geprofeteerd hebben [perfect, future, first-person], zullen geprofeteerd hebben [perfect, future, second-person], zullen geprofeteerd hebben [perfect, future, third-person], zou geprofeteerd hebben [perfect, conditional, first-person], zou geprofeteerd hebben [perfect, conditional, second-person], zou/zoudt geprofeteerd hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt geprofeteerd hebben [perfect, conditional, second-person], zou geprofeteerd hebben [perfect, conditional, third-person], zouden geprofeteerd hebben [perfect, conditional, first-person], zouden geprofeteerd hebben [perfect, conditional, second-person], zouden geprofeteerd hebben [perfect, conditional, third-person], er wordt geprofeteerd [impersonal, passive, present, imperfect], er is geprofeteerd [impersonal, passive, present, perfect], er werd geprofeteerd [impersonal, passive, past, imperfect], er was geprofeteerd [impersonal, passive, past, perfect], er zal geprofeteerd worden [impersonal, passive, future, imperfect], er zal geprofeteerd zijn [impersonal, passive, future, perfect], er zou geprofeteerd worden [impersonal, passive, conditional, imperfect], er zou geprofeteerd zijn [impersonal, passive, conditional, perfect]
  1. de toekomst voorspellen uit naam van een godheid Tags: transitive
    Sense id: nl-profeteren-nl-verb-6bTJ6JeR Categories (other): Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated
Categories (other): Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands, Ontbrekend geluid, Retrograad van het Nederlands, Vervoeging in het Nederlands, Werkwoord in het Nederlands, WikiWoordenboek:Wikilink, Woorden in het Nederlands, Woorden in het Nederlands met audioweergave, Woorden in het Nederlands van lengte 10, Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "WikiWoordenboek:Wikilink",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 10",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘voorspellen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1265"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "profeteerde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "geprofeteerd",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te profeteren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen profeteren",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen profeteren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "geprofeteerd zullen hebben",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geprofeteerd te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "profeterend",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n profeteer",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "mv. verouderd\nprofeteert",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "profetere",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteert",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteert",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteert",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteert",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal profeteren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal profeteren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal profeteren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult profeteren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal profeteren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen profeteren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen profeteren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen profeteren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou profeteren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou profeteren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) profeteren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt profeteren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou profeteren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden profeteren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden profeteren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden profeteren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt/heeft geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal/zult geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal geprofeteerd worden",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal geprofeteerd zijn",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou geprofeteerd worden",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou geprofeteerd zijn",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "pro·fe·te·ren",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "De ondergang van de wereld werd erin geprofeteerd."
        }
      ],
      "glosses": [
        "de toekomst voorspellen uit naam van een godheid"
      ],
      "id": "nl-profeteren-nl-verb-6bTJ6JeR",
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-profeteren.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/e/ee/Nl-profeteren.ogg/Nl-profeteren.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-profeteren.ogg"
    }
  ],
  "word": "profeteren"
}

{
  "categories": [
    "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "WikiWoordenboek:Wikilink",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 10",
    "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands"
  ],
  "etymology_texts": [
    "Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘voorspellen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1265"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "profeteerde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "geprofeteerd",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te profeteren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen profeteren",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen profeteren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "geprofeteerd zullen hebben",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "geprofeteerd te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "profeterend",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n profeteer",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "mv. verouderd\nprofeteert",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "profetere",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteert",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteert",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteert",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteert",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "profeteerden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal profeteren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal profeteren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal profeteren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult profeteren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal profeteren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen profeteren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen profeteren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen profeteren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou profeteren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou profeteren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) profeteren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt profeteren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou profeteren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden profeteren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden profeteren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden profeteren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt/heeft geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden geprofeteerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal/zult geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden geprofeteerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was geprofeteerd",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal geprofeteerd worden",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal geprofeteerd zijn",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou geprofeteerd worden",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou geprofeteerd zijn",
      "source": "profeteren/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "pro·fe·te·ren",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "De ondergang van de wereld werd erin geprofeteerd."
        }
      ],
      "glosses": [
        "de toekomst voorspellen uit naam van een godheid"
      ],
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-profeteren.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/e/ee/Nl-profeteren.ogg/Nl-profeteren.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-profeteren.ogg"
    }
  ],
  "word": "profeteren"
}

Download raw JSONL data for profeteren meaning in Nederlands (12.7kB)

This page is a part of the kaikki.org machine-readable Nederlands dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2024-11-06 from the nlwiktionary dump dated 2024-10-20 using wiktextract (fbeafe8 and 7f03c9b). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.