"neerzitten" meaning in Nederlands

See neerzitten in All languages combined, or Wiktionary

Verb

Audio: nl-neerzitten.ogg
Forms: zat neer [past], neergezeten [past, participle], neer te zitten [active, infinitive, imperfect, present], zullen neerzitten neer zullen zitten [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen neerzitten neer te zullen zitten [active, infinitive, imperfect, future], hebben neergezeten [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben neergezeten [active, infinitive, perfect, present], neergezeten zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], neergezeten te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], neerzittend [imperfect, participle], neergezeten [past, participle], ev. zit neer [imperative], zit neer [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, first-person], zit neer [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], zit neer [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], zit neer [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, second-person], zit neer [indicative, imperfect, main-clause, present, singular, third-person], zitten neer [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, first-person], zitten neer [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, second-person], zitten neer [indicative, imperfect, main-clause, present, plural, third-person], zat neer [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, first-person], zat neer [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], zat neer [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], zat neer [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, second-person], zat neer [indicative, imperfect, main-clause, past, singular, third-person], zaten neer [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, first-person], zaten neer [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, second-person], zaten neer [indicative, imperfect, main-clause, past, plural, third-person], zal neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, first-person], zult neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zult neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zult neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, second-person], zal neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, singular, third-person], zullen neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, first-person], zullen neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, second-person], zullen neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, future, plural, third-person], zou neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, first-person], zou neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zou(dt) neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zoudt neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, second-person], zou neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, conditional, singular, third-person], zouden neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, first-person], zouden neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, second-person], zouden neerzitten [indicative, imperfect, main-clause, conditional, plural, third-person], neerzit [subordinate-clause, present], neerzit [subordinate-clause, present], neerzit [subordinate-clause, present], neerzit [subordinate-clause, present], neerzit [subordinate-clause, present], neerzat [subordinate-clause, past], neerzat [subordinate-clause, past], neerzat [subordinate-clause, past], neerzat [subordinate-clause, past], neerzat [subordinate-clause, past], neerzaten [subordinate-clause, past], neerzaten [subordinate-clause, past], neerzaten [subordinate-clause, past], zal neerzitten neer zal zitten [subordinate-clause, future], zult neerzitten neer zult/zal zitten [subordinate-clause, future], zal neerzitten neer zult/zal zitten [subordinate-clause, future], zult neerzitten neer zult/zal zitten [subordinate-clause, future], zal neerzitten neer zult/zal zitten [subordinate-clause, future], zult neerzitten neer zult zitten [subordinate-clause, future], zal neerzitten neer zal zitten [subordinate-clause, future], zullen neerzitten neer zullen zitten [subordinate-clause, future], zullen neerzitten neer zullen zitten [subordinate-clause, future], zullen neerzitten neer zullen zitten [subordinate-clause, future], zou neerzitten neer zou zitten [subordinate-clause, conditional], zou neerzitten neer zou zitten [subordinate-clause, conditional], zou(dt) neerzitten neer zou(dt) zitten [subordinate-clause, conditional], zoudt neerzitten neer zoudt zitten [subordinate-clause, conditional], zou neerzitten neer zou zitten [subordinate-clause, conditional], zouden neerzitten neer zouden zitten [subordinate-clause, conditional], zouden neerzitten neer zouden zitten [subordinate-clause, conditional], zouden neerzitten neer zouden zitten [subordinate-clause, conditional], heb neergezeten [perfect, present, first-person], hebt neergezeten [perfect, present, second-person], hebt neergezeten [perfect, present, second-person], heeft neergezeten [perfect, present, second-person], hebt neergezeten [perfect, present, second-person], heeft neergezeten [perfect, present, third-person], hebben neergezeten [perfect, present, first-person], hebben neergezeten [perfect, present, second-person], hebben neergezeten [perfect, present, third-person], had neergezeten [perfect, past, first-person], had neergezeten [perfect, past, second-person], had neergezeten [perfect, past, second-person], hadt neergezeten [perfect, past, second-person], had neergezeten [perfect, past, third-person], hadden neergezeten [perfect, past, first-person], hadden neergezeten [perfect, past, second-person], hadden neergezeten [perfect, past, third-person], zal neergezeten hebben [perfect, future, first-person], zal neergezeten hebben [perfect, future, second-person], zult neergezeten hebben [perfect, future, second-person], zult neergezeten hebben [perfect, future, second-person], zal neergezeten hebben [perfect, future, second-person], zult neergezeten hebben [perfect, future, second-person], zal neergezeten hebben [perfect, future, third-person], zullen neergezeten hebben [perfect, future, first-person], zullen neergezeten hebben [perfect, future, second-person], zullen neergezeten hebben [perfect, future, third-person], zou neergezeten hebben [perfect, conditional, first-person], zou neergezeten hebben [perfect, conditional, second-person], zou neergezeten hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt neergezeten hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt neergezeten hebben [perfect, conditional, second-person], zou neergezeten hebben [perfect, conditional, third-person], zouden neergezeten hebben [perfect, conditional, first-person], zouden neergezeten hebben [perfect, conditional, second-person], zouden neergezeten hebben [perfect, conditional, third-person]
  1. gaan zitten Tags: formal, intransitive
    Sense id: nl-neerzitten-nl-verb-RYfCwLbw Categories (other): Formeel_in_het_Nederlands, Onovergankelijk werkwoord in het Nederlands
  2. gezeten zijn, zitten Tags: formal, intransitive
    Sense id: nl-neerzitten-nl-verb-KJTnkD3j Categories (other): Formeel_in_het_Nederlands, Onovergankelijk werkwoord in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated
Derived forms: neerzitting
Categories (other): Ontbrekend geluid, Retrograad van het Nederlands, Samenstelling in het Nederlands, Scheidbaar werkwoord in het Nederlands, Sterk werkwoord klasse 5 in het Nederlands, Vervoeging in het Nederlands, Werkwoord in het Nederlands, WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands, Woorden in het Nederlands, Woorden in het Nederlands met audioweergave, Woorden in het Nederlands van lengte 10

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Samenstelling in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Scheidbaar werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Sterk werkwoord klasse 5 in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 10",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "neerzitting"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "samenstelling van neer en zitten"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "zat neer",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neergezeten",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "neer te zitten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten\nneer zullen zitten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen neerzitten\nneer te zullen zitten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben neergezeten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben neergezeten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neergezeten zullen hebben",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "neergezeten te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzittend",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "neergezeten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n zit neer",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zitten neer",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zitten neer",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zitten neer",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zaten neer",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zaten neer",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zaten neer",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) neerzitten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt neerzitten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzaten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzaten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzaten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten\nneer zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten\nneer zult/zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten\nneer zult/zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten\nneer zult/zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten\nneer zult/zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten\nneer zult zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten\nneer zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten\nneer zullen zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten\nneer zullen zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten\nneer zullen zitten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten\nneer zou zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten\nneer zou zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) neerzitten\nneer zou(dt) zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt neerzitten\nneer zoudt zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten\nneer zou zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten\nneer zouden zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten\nneer zouden zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten\nneer zouden zitten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "heb neergezeten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt neergezeten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt neergezeten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft neergezeten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt neergezeten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft neergezeten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben neergezeten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben neergezeten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben neergezeten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had neergezeten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had neergezeten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had neergezeten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt neergezeten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had neergezeten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden neergezeten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden neergezeten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden neergezeten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "neer·zit·ten",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "proverbs": [
    {
      "sense": "wanhopig zijn, geen uitweg meer zien en daarom maar niets meer doen",
      "word": "bij de pakken neerzitten"
    }
  ],
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Formeel_in_het_Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        },
        {
          "kind": "other",
          "name": "Onovergankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "gaan zitten"
      ],
      "id": "nl-neerzitten-nl-verb-RYfCwLbw",
      "tags": [
        "formal",
        "intransitive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Formeel_in_het_Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        },
        {
          "kind": "other",
          "name": "Onovergankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "gezeten zijn, zitten"
      ],
      "id": "nl-neerzitten-nl-verb-KJTnkD3j",
      "tags": [
        "formal",
        "intransitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-neerzitten.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/6/6b/Nl-neerzitten.ogg/Nl-neerzitten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-neerzitten.ogg"
    }
  ],
  "word": "neerzitten"
}

{
  "categories": [
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Samenstelling in het Nederlands",
    "Scheidbaar werkwoord in het Nederlands",
    "Sterk werkwoord klasse 5 in het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "WikiWoordenboek:Sjabloon Link onbruikbare woordsoort in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 10"
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "neerzitting"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "samenstelling van neer en zitten"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "zat neer",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neergezeten",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "neer te zitten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten\nneer zullen zitten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen neerzitten\nneer te zullen zitten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben neergezeten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben neergezeten",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neergezeten zullen hebben",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "neergezeten te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzittend",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "neergezeten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n zit neer",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zit neer",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zitten neer",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zitten neer",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zitten neer",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zat neer",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zaten neer",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zaten neer",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zaten neer",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) neerzitten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt neerzitten",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "main-clause",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzit",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzat",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzaten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzaten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "neerzaten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten\nneer zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten\nneer zult/zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten\nneer zult/zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten\nneer zult/zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten\nneer zult/zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neerzitten\nneer zult zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neerzitten\nneer zal zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten\nneer zullen zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten\nneer zullen zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neerzitten\nneer zullen zitten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten\nneer zou zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten\nneer zou zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) neerzitten\nneer zou(dt) zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt neerzitten\nneer zoudt zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neerzitten\nneer zou zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten\nneer zouden zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten\nneer zouden zitten",
      "raw_tags": [
        ".. dat zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neerzitten\nneer zouden zitten",
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "subordinate-clause",
        "conditional"
      ]
    },
    {
      "form": "heb neergezeten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt neergezeten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt neergezeten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft neergezeten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt neergezeten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft neergezeten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben neergezeten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben neergezeten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben neergezeten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had neergezeten",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had neergezeten",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had neergezeten",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt neergezeten",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had neergezeten",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden neergezeten",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden neergezeten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden neergezeten",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden neergezeten hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "neerzitten/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "neer·zit·ten",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "proverbs": [
    {
      "sense": "wanhopig zijn, geen uitweg meer zien en daarom maar niets meer doen",
      "word": "bij de pakken neerzitten"
    }
  ],
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Formeel_in_het_Nederlands",
        "Onovergankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "glosses": [
        "gaan zitten"
      ],
      "tags": [
        "formal",
        "intransitive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        "Formeel_in_het_Nederlands",
        "Onovergankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "glosses": [
        "gezeten zijn, zitten"
      ],
      "tags": [
        "formal",
        "intransitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-neerzitten.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/6/6b/Nl-neerzitten.ogg/Nl-neerzitten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-neerzitten.ogg"
    }
  ],
  "word": "neerzitten"
}

Download raw JSONL data for neerzitten meaning in Nederlands (17.9kB)

This page is a part of the kaikki.org machine-readable Nederlands dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2025-01-31 from the nlwiktionary dump dated 2025-01-20 using wiktextract (bcd5c38 and 9dbd323). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.