"juxtaponeren" meaning in Nederlands

See juxtaponeren in All languages combined, or Wiktionary

Verb

Audio: nl-juxtaponeren.ogg
Forms: juxtaponeerde [past], gejuxtaponeerd [past, participle], te juxtaponeren [active, infinitive, imperfect, present], zullen juxtaponeren [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen juxtaponeren [active, infinitive, imperfect, future], hebben gejuxtaponeerd [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben gejuxtaponeerd [active, infinitive, perfect, present], gejuxtaponeerd zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], gejuxtaponeerd te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], juxtaponerend [imperfect, participle], gejuxtaponeerd [past, participle], ev. juxtaponeer [imperative], juxtaponere [subjunctive], juxtaponeer [indicative, imperfect, present, singular, first-person], juxtaponeert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], juxtaponeert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], juxtaponeert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], juxtaponeert [indicative, imperfect, present, singular, third-person], juxtaponeerde [indicative, imperfect, past, singular, first-person], juxtaponeerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], juxtaponeerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], juxtaponeerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], juxtaponeerde [indicative, imperfect, past, singular, third-person], juxtaponeerden [indicative, imperfect, past, plural, first-person], juxtaponeerden [indicative, imperfect, past, plural, second-person], juxtaponeerden [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal juxtaponeren [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult juxtaponeren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal juxtaponeren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult juxtaponeren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal juxtaponeren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult juxtaponeren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal juxtaponeren [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen juxtaponeren [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen juxtaponeren [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen juxtaponeren [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou juxtaponeren [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou juxtaponeren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) juxtaponeren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt juxtaponeren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou juxtaponeren [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden juxtaponeren [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden juxtaponeren [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden juxtaponeren [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], heb gejuxtaponeerd [perfect, present, first-person], hebt gejuxtaponeerd [perfect, present, second-person], hebt gejuxtaponeerd [perfect, present, second-person], heeft gejuxtaponeerd [perfect, present, second-person], hebt gejuxtaponeerd [perfect, present, second-person], heeft gejuxtaponeerd [perfect, present, third-person], hebben gejuxtaponeerd [perfect, present, first-person], hebben gejuxtaponeerd [perfect, present, second-person], hebben gejuxtaponeerd [perfect, present, third-person], had gejuxtaponeerd [perfect, past, first-person], had gejuxtaponeerd [perfect, past, second-person], had gejuxtaponeerd [perfect, past, second-person], hadt gejuxtaponeerd [perfect, past, second-person], had gejuxtaponeerd [perfect, past, third-person], hadden gejuxtaponeerd [perfect, past, first-person], hadden gejuxtaponeerd [perfect, past, second-person], hadden gejuxtaponeerd [perfect, past, third-person], zal gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, first-person], zal gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, second-person], zult gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, second-person], zult gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, second-person], zal gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, second-person], zult gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, second-person], zal gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, third-person], zullen gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, first-person], zullen gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, second-person], zullen gejuxtaponeerd hebben [perfect, future, third-person], zou gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, first-person], zou gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, second-person], zou gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, second-person], zou gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, third-person], zouden gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, first-person], zouden gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, second-person], zouden gejuxtaponeerd hebben [perfect, conditional, third-person]
  1. naast elkaar plaatsen Tags: transitive
    Sense id: nl-juxtaponeren-nl-verb-aJBZcYAQ Categories (other): Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
  2. nevenschikken
    Sense id: nl-juxtaponeren-nl-verb-FKPDgPK4 Categories (other): Taalkunde_in_het_Nederlands Topics: linguistics
The following are not (yet) sense-disambiguated
Translations (naast elkaar plaatsen): juxtapose (Engels), juxtaposer (Frans), yuxtaponer (Spaans)
Categories (other): Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands, Ontbrekend geluid, Retrograad van het Nederlands, Vervoeging in het Nederlands, Werkwoord in het Nederlands, Woorden in het Nederlands, Woorden in het Nederlands met audioweergave, Woorden in het Nederlands van lengte 12, Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 12",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gejuxtaponeerd",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen juxtaponeren",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gejuxtaponeerd",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gejuxtaponeerd zullen hebben",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gejuxtaponeerd te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponerend",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gejuxtaponeerd",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n juxtaponeer",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponere",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\njuxtaponeert"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeert",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeert",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeert",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeert",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "jux·ta·po·ne·ren",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "naast elkaar plaatsen"
      ],
      "id": "nl-juxtaponeren-nl-verb-aJBZcYAQ",
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Taalkunde_in_het_Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "nevenschikken"
      ],
      "id": "nl-juxtaponeren-nl-verb-FKPDgPK4",
      "topics": [
        "linguistics"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-juxtaponeren.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/b/bd/Nl-juxtaponeren.ogg/Nl-juxtaponeren.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-juxtaponeren.ogg"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "naast elkaar plaatsen",
      "sense_index": 1,
      "word": "juxtapose"
    },
    {
      "lang": "Frans",
      "lang_code": "fr",
      "sense": "naast elkaar plaatsen",
      "sense_index": 1,
      "word": "juxtaposer"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "naast elkaar plaatsen",
      "sense_index": 1,
      "word": "yuxtaponer"
    }
  ],
  "word": "juxtaponeren"
}

{
  "categories": [
    "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 12",
    "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gejuxtaponeerd",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen juxtaponeren",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gejuxtaponeerd",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gejuxtaponeerd zullen hebben",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gejuxtaponeerd te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponerend",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gejuxtaponeerd",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n juxtaponeer",
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponere",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\njuxtaponeert"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeert",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeert",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeert",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeert",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "juxtaponeerden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden juxtaponeren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gejuxtaponeerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gejuxtaponeerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "juxtaponeren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "jux·ta·po·ne·ren",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "glosses": [
        "naast elkaar plaatsen"
      ],
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        "Taalkunde_in_het_Nederlands"
      ],
      "glosses": [
        "nevenschikken"
      ],
      "topics": [
        "linguistics"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-juxtaponeren.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/b/bd/Nl-juxtaponeren.ogg/Nl-juxtaponeren.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-juxtaponeren.ogg"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "naast elkaar plaatsen",
      "sense_index": 1,
      "word": "juxtapose"
    },
    {
      "lang": "Frans",
      "lang_code": "fr",
      "sense": "naast elkaar plaatsen",
      "sense_index": 1,
      "word": "juxtaposer"
    },
    {
      "lang": "Spaans",
      "lang_code": "es",
      "sense": "naast elkaar plaatsen",
      "sense_index": 1,
      "word": "yuxtaponer"
    }
  ],
  "word": "juxtaponeren"
}

Download raw JSONL data for juxtaponeren meaning in Nederlands (13.0kB)

This page is a part of the kaikki.org machine-readable Nederlands dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2025-02-08 from the nlwiktionary dump dated 2025-02-02 using wiktextract (f90d964 and 9dbd323). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.