"speechen" meaning in All languages combined

See speechen on Wiktionary

Noun [Nederlands]

Audio: nl-speechen.ogg
  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord speech Tags: form-of, plural Form of: speech
    Sense id: nl-speechen-nl-noun-4Arq2gXw Categories (other): Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated

Verb [Nederlands]

Audio: nl-speechen.ogg
Forms: speechte [past], gespeecht [past, participle], te speechen [active, infinitive, imperfect, present], zullen speechen [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen speechen [active, infinitive, imperfect, future], hebben gespeecht [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben gespeecht [active, infinitive, perfect, present], gespeecht zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], gespeecht te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], speechend [imperfect, participle], gespeecht [past, participle], ev. speech [imperative], speeche [subjunctive], speech [indicative, imperfect, present, singular, first-person], speecht [indicative, imperfect, present, singular, second-person], speecht [indicative, imperfect, present, singular, second-person], speecht [indicative, imperfect, present, singular, second-person], speecht [indicative, imperfect, present, singular, third-person], speechte [indicative, imperfect, past, singular, first-person], speechte [indicative, imperfect, past, singular, second-person], speechte [indicative, imperfect, past, singular, second-person], speechte [indicative, imperfect, past, singular, second-person], speechte [indicative, imperfect, past, singular, third-person], speechten [indicative, imperfect, past, plural, first-person], speechten [indicative, imperfect, past, plural, second-person], speechten [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal speechen [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult speechen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal speechen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult speechen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal speechen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult speechen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal speechen [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen speechen [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen speechen [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen speechen [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou speechen [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou speechen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) speechen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt speechen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou speechen [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden speechen [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden speechen [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden speechen [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], heb gespeecht [perfect, present, first-person], hebt gespeecht [perfect, present, second-person], hebt gespeecht [perfect, present, second-person], heeft gespeecht [perfect, present, second-person], hebt gespeecht [perfect, present, second-person], heeft gespeecht [perfect, present, third-person], hebben gespeecht [perfect, present, first-person], hebben gespeecht [perfect, present, second-person], hebben gespeecht [perfect, present, third-person], had gespeecht [perfect, past, first-person], had gespeecht [perfect, past, second-person], had gespeecht [perfect, past, second-person], hadt gespeecht [perfect, past, second-person], had gespeecht [perfect, past, third-person], hadden gespeecht [perfect, past, first-person], hadden gespeecht [perfect, past, second-person], hadden gespeecht [perfect, past, third-person], zal gespeecht hebben [perfect, future, first-person], zal gespeecht hebben [perfect, future, second-person], zult gespeecht hebben [perfect, future, second-person], zult gespeecht hebben [perfect, future, second-person], zal gespeecht hebben [perfect, future, second-person], zult gespeecht hebben [perfect, future, second-person], zal gespeecht hebben [perfect, future, third-person], zullen gespeecht hebben [perfect, future, first-person], zullen gespeecht hebben [perfect, future, second-person], zullen gespeecht hebben [perfect, future, third-person], zou gespeecht hebben [perfect, conditional, first-person], zou gespeecht hebben [perfect, conditional, second-person], zou gespeecht hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt gespeecht hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt gespeecht hebben [perfect, conditional, second-person], zou gespeecht hebben [perfect, conditional, third-person], zouden gespeecht hebben [perfect, conditional, first-person], zouden gespeecht hebben [perfect, conditional, second-person], zouden gespeecht hebben [perfect, conditional, third-person]
  1. een speech houden. Tags: unergative
    Sense id: nl-speechen-nl-verb-5avBfKqz Categories (other): Inergatief werkwoord in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "speechte",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gespeecht",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te speechen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen speechen",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen speechen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gespeecht",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben gespeecht",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gespeecht zullen hebben",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespeecht te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "speechend",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gespeecht",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n speech",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "speeche",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\nspeecht"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "speech",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speecht",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speecht",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speecht",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speecht",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal speechen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult speechen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal speechen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult speechen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal speechen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult speechen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal speechen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen speechen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen speechen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen speechen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou speechen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou speechen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) speechen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt speechen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou speechen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden speechen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden speechen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden speechen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb gespeecht",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gespeecht",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gespeecht",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gespeecht",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gespeecht",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gespeecht",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gespeecht",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gespeecht",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gespeecht",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gespeecht",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gespeecht",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gespeecht",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt gespeecht",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gespeecht",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gespeecht",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gespeecht",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gespeecht",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "spee·chen",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Inergatief werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "een speech houden."
      ],
      "id": "nl-speechen-nl-verb-5avBfKqz",
      "tags": [
        "unergative"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-speechen.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/7b/Nl-speechen.ogg/Nl-speechen.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-speechen.ogg"
    }
  ],
  "word": "speechen"
}

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "WikiWoordenboek:Wikilink",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "hyphenation": "spee·chen",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "noun",
  "pos_title": "Zelfstandig naamwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "form_of": [
        {
          "word": "speech"
        }
      ],
      "glosses": [
        "meervoud van het zelfstandig naamwoord speech"
      ],
      "id": "nl-speechen-nl-noun-4Arq2gXw",
      "tags": [
        "form-of",
        "plural"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-speechen.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/7b/Nl-speechen.ogg/Nl-speechen.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-speechen.ogg"
    }
  ],
  "word": "speechen"
}
{
  "categories": [
    "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 8",
    "Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "speechte",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gespeecht",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te speechen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen speechen",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen speechen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gespeecht",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben gespeecht",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gespeecht zullen hebben",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gespeecht te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "speechend",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gespeecht",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n speech",
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "speeche",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\nspeecht"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "speech",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speecht",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speecht",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speecht",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speecht",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechte",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechten",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechten",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "speechten",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal speechen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult speechen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal speechen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult speechen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal speechen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult speechen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal speechen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen speechen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen speechen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen speechen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou speechen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou speechen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) speechen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt speechen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou speechen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden speechen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden speechen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden speechen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb gespeecht",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gespeecht",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gespeecht",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gespeecht",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gespeecht",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gespeecht",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gespeecht",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gespeecht",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gespeecht",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gespeecht",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gespeecht",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gespeecht",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt gespeecht",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gespeecht",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gespeecht",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gespeecht",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gespeecht",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gespeecht hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "speechen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "spee·chen",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Inergatief werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "glosses": [
        "een speech houden."
      ],
      "tags": [
        "unergative"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-speechen.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/7b/Nl-speechen.ogg/Nl-speechen.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-speechen.ogg"
    }
  ],
  "word": "speechen"
}

{
  "categories": [
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "WikiWoordenboek:Wikilink",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 8"
  ],
  "hyphenation": "spee·chen",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "noun",
  "pos_title": "Zelfstandig naamwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands"
      ],
      "form_of": [
        {
          "word": "speech"
        }
      ],
      "glosses": [
        "meervoud van het zelfstandig naamwoord speech"
      ],
      "tags": [
        "form-of",
        "plural"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-speechen.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/7b/Nl-speechen.ogg/Nl-speechen.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-speechen.ogg"
    }
  ],
  "word": "speechen"
}

Download raw JSONL data for speechen meaning in All languages combined (12.6kB)


This page is a part of the kaikki.org machine-readable All languages combined dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2025-03-09 from the nlwiktionary dump dated 2025-03-02 using wiktextract (32c88e6 and 633533e). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.