"coïncideren" meaning in All languages combined

See coïncideren on Wiktionary

Verb [Nederlands]

Audio: nl-coïncideren.ogg
Forms: coïncideerde [past], gecoïncideerd [past, participle], te coïncideren [active, infinitive, imperfect, present], zullen coïncideren [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen coïncideren [active, infinitive, imperfect, future], hebben gecoïncideerd [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben gecoïncideerd [active, infinitive, perfect, present], gecoïncideerd zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], gecoïncideerd te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], coïnciderend [imperfect, participle], gecoïncideerd [past, participle], ev. coïncideer [imperative], mv. verouderd coïncideert [imperative], coïncidere [subjunctive], coïncideer [indicative, imperfect, present, singular, first-person], coïncideert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], coïncideert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], coïncideert [indicative, imperfect, present, singular, second-person], coïncideert [indicative, imperfect, present, singular, third-person], coïncideerde [indicative, imperfect, past, singular, first-person], coïncideerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], coïncideerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], coïncideerde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], coïncideerde [indicative, imperfect, past, singular, third-person], coïncideerden [indicative, imperfect, past, plural, first-person], coïncideerden [indicative, imperfect, past, plural, second-person], coïncideerden [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal coïncideren [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult/zal coïncideren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult/zal coïncideren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult coïncideren [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal coïncideren [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen coïncideren [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen coïncideren [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen coïncideren [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou coïncideren [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou coïncideren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) coïncideren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt coïncideren [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou coïncideren [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden coïncideren [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden coïncideren [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden coïncideren [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], heb gecoïncideerd [perfect, present, first-person], hebt gecoïncideerd [perfect, present, second-person], hebt/heeft gecoïncideerd [perfect, present, second-person], hebt gecoïncideerd [perfect, present, second-person], heeft gecoïncideerd [perfect, present, third-person], hebben gecoïncideerd [perfect, present, first-person], hebben gecoïncideerd [perfect, present, second-person], hebben gecoïncideerd [perfect, present, third-person], had gecoïncideerd [perfect, past, first-person], had gecoïncideerd [perfect, past, second-person], had gecoïncideerd [perfect, past, second-person], hadt gecoïncideerd [perfect, past, second-person], had gecoïncideerd [perfect, past, third-person], hadden gecoïncideerd [perfect, past, first-person], hadden gecoïncideerd [perfect, past, second-person], hadden gecoïncideerd [perfect, past, third-person], zal gecoïncideerd hebben [perfect, future, first-person], zal/zult gecoïncideerd hebben [perfect, future, second-person], zult/zal gecoïncideerd hebben [perfect, future, second-person], zult gecoïncideerd hebben [perfect, future, second-person], zal gecoïncideerd hebben [perfect, future, third-person], zullen gecoïncideerd hebben [perfect, future, first-person], zullen gecoïncideerd hebben [perfect, future, second-person], zullen gecoïncideerd hebben [perfect, future, third-person], zou gecoïncideerd hebben [perfect, conditional, first-person], zou gecoïncideerd hebben [perfect, conditional, second-person], zou/zoudt gecoïncideerd hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt gecoïncideerd hebben [perfect, conditional, second-person], zou gecoïncideerd hebben [perfect, conditional, third-person], zouden gecoïncideerd hebben [perfect, conditional, first-person], zouden gecoïncideerd hebben [perfect, conditional, second-person], zouden gecoïncideerd hebben [perfect, conditional, third-person]
  1. samenvallen in ruimte of tijd Tags: absolute
    Sense id: nl-coïncideren-nl-verb-ARMeAFoP Categories (other): Absoluut werkwoord in het Nederlands
  2. het samenvallen in ruimte of tijd vaststellen Tags: transitive
    Sense id: nl-coïncideren-nl-verb-1oVkk1EK Categories (other): Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated
Translations (samenvallen in ruimte of tijd): kollidieren (Duits), überlappen (Duits), zusammenfallen (Duits), coincide (Engels), coïncider (Frans), kollidere (Noors), kollidere (Nynorsk)

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Achtervoegsel -eren in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 11",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "afgeleid van het Franse coïncider (met het achtervoegsel -eren)"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "coïncideerde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gecoïncideerd",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te coïncideren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen coïncideren",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen coïncideren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gecoïncideerd",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gecoïncideerd zullen hebben",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gecoïncideerd te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "coïnciderend",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gecoïncideerd",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n coïncideer",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "mv. verouderd\ncoïncideert",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncidere",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideert",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideert",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideert",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideert",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal coïncideren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal coïncideren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal coïncideren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult coïncideren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal coïncideren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen coïncideren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen coïncideren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen coïncideren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou coïncideren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou coïncideren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) coïncideren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt coïncideren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou coïncideren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden coïncideren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden coïncideren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden coïncideren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt/heeft gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal/zult gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "co·in·ci·de·ren",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Absoluut werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Zijn aftreden coïncideerde met het optreden van een zware aardbeving."
        }
      ],
      "glosses": [
        "samenvallen in ruimte of tijd"
      ],
      "id": "nl-coïncideren-nl-verb-ARMeAFoP",
      "tags": [
        "absolute"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Samen vormen deze oscilloscopen - ongeacht hun plaats op de aarde - één grote detector doordat de signalen gecoïncideerd kunnen worden."
        }
      ],
      "glosses": [
        "het samenvallen in ruimte of tijd vaststellen"
      ],
      "id": "nl-coïncideren-nl-verb-1oVkk1EK",
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-coïncideren.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/5/55/Nl-coïncideren.ogg/Nl-coïncideren.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-coïncideren.ogg"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "kollidieren"
    },
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "überlappen"
    },
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "zusammenfallen"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "coincide"
    },
    {
      "lang": "Frans",
      "lang_code": "fr",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "coïncider"
    },
    {
      "lang": "Noors",
      "lang_code": "no",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "kollidere"
    },
    {
      "lang": "Nynorsk",
      "lang_code": "nn",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "kollidere"
    }
  ],
  "word": "coïncideren"
}
{
  "categories": [
    "Achtervoegsel -eren in het Nederlands",
    "Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 11",
    "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands"
  ],
  "etymology_texts": [
    "afgeleid van het Franse coïncider (met het achtervoegsel -eren)"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "coïncideerde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "gecoïncideerd",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te coïncideren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen coïncideren",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen coïncideren",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gecoïncideerd",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "gecoïncideerd zullen hebben",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "gecoïncideerd te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "coïnciderend",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "gecoïncideerd",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n coïncideer",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "mv. verouderd\ncoïncideert",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncidere",
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideer",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideert",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideert",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideert",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideert",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "coïncideerden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal coïncideren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal coïncideren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal coïncideren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult coïncideren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal coïncideren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen coïncideren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen coïncideren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen coïncideren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou coïncideren",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou coïncideren",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) coïncideren",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt coïncideren",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou coïncideren",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden coïncideren",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden coïncideren",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden coïncideren",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt/heeft gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden gecoïncideerd",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal/zult gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult/zal gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou/zoudt gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden gecoïncideerd hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "coïncideren/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "co·in·ci·de·ren",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Absoluut werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Zijn aftreden coïncideerde met het optreden van een zware aardbeving."
        }
      ],
      "glosses": [
        "samenvallen in ruimte of tijd"
      ],
      "tags": [
        "absolute"
      ]
    },
    {
      "categories": [
        "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "Samen vormen deze oscilloscopen - ongeacht hun plaats op de aarde - één grote detector doordat de signalen gecoïncideerd kunnen worden."
        }
      ],
      "glosses": [
        "het samenvallen in ruimte of tijd vaststellen"
      ],
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-coïncideren.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/5/55/Nl-coïncideren.ogg/Nl-coïncideren.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-coïncideren.ogg"
    }
  ],
  "translations": [
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "kollidieren"
    },
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "überlappen"
    },
    {
      "lang": "Duits",
      "lang_code": "de",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "zusammenfallen"
    },
    {
      "lang": "Engels",
      "lang_code": "en",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "coincide"
    },
    {
      "lang": "Frans",
      "lang_code": "fr",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "coïncider"
    },
    {
      "lang": "Noors",
      "lang_code": "no",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "kollidere"
    },
    {
      "lang": "Nynorsk",
      "lang_code": "nn",
      "sense": "samenvallen in ruimte of tijd",
      "sense_index": 1,
      "word": "kollidere"
    }
  ],
  "word": "coïncideren"
}

Download raw JSONL data for coïncideren meaning in All languages combined (13.1kB)


This page is a part of the kaikki.org machine-readable All languages combined dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2024-11-06 from the nlwiktionary dump dated 2024-10-20 using wiktextract (fbeafe8 and 7f03c9b). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.