"betuttelen" meaning in All languages combined

See betuttelen on Wiktionary

Verb [Nederlands]

Audio: nl-betuttelen.ogg
Forms: betuttelde [past], betutteld [past, participle], te betuttelen [active, infinitive, imperfect, present], zullen betuttelen [active, infinitive, imperfect, future, short-form], te zullen betuttelen [active, infinitive, imperfect, future], hebben betutteld [active, infinitive, perfect, present, short-form], te hebben betutteld [active, infinitive, perfect, present], betutteld zullen hebben [active, infinitive, perfect, future, short-form], betutteld te zullen hebben [active, infinitive, perfect, future], betuttelend [imperfect, participle], betutteld [past, participle], ev. betuttel [imperative], betuttele [subjunctive], betuttel [indicative, imperfect, present, singular, first-person], betuttelt [indicative, imperfect, present, singular, second-person], betuttelt [indicative, imperfect, present, singular, second-person], betuttelt [indicative, imperfect, present, singular, second-person], betuttelt [indicative, imperfect, present, singular, third-person], betuttelde [indicative, imperfect, past, singular, first-person], betuttelde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], betuttelde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], betuttelde [indicative, imperfect, past, singular, second-person], betuttelde [indicative, imperfect, past, singular, third-person], betuttelden [indicative, imperfect, past, plural, first-person], betuttelden [indicative, imperfect, past, plural, second-person], betuttelden [indicative, imperfect, past, plural, third-person], zal betuttelen [indicative, imperfect, future, singular, first-person], zult betuttelen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal betuttelen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult betuttelen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal betuttelen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zult betuttelen [indicative, imperfect, future, singular, second-person], zal betuttelen [indicative, imperfect, future, singular, third-person], zullen betuttelen [indicative, imperfect, future, plural, first-person], zullen betuttelen [indicative, imperfect, future, plural, second-person], zullen betuttelen [indicative, imperfect, future, plural, third-person], zou betuttelen [indicative, imperfect, conditional, singular, first-person], zou betuttelen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou(dt) betuttelen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zoudt betuttelen [indicative, imperfect, conditional, singular, second-person], zou betuttelen [indicative, imperfect, conditional, singular, third-person], zouden betuttelen [indicative, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden betuttelen [indicative, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden betuttelen [indicative, imperfect, conditional, plural, third-person], heb betutteld [perfect, present, first-person], hebt betutteld [perfect, present, second-person], hebt betutteld [perfect, present, second-person], heeft betutteld [perfect, present, second-person], hebt betutteld [perfect, present, second-person], heeft betutteld [perfect, present, third-person], hebben betutteld [perfect, present, first-person], hebben betutteld [perfect, present, second-person], hebben betutteld [perfect, present, third-person], had betutteld [perfect, past, first-person], had betutteld [perfect, past, second-person], had betutteld [perfect, past, second-person], hadt betutteld [perfect, past, second-person], had betutteld [perfect, past, third-person], hadden betutteld [perfect, past, first-person], hadden betutteld [perfect, past, second-person], hadden betutteld [perfect, past, third-person], zal betutteld hebben [perfect, future, first-person], zal betutteld hebben [perfect, future, second-person], zult betutteld hebben [perfect, future, second-person], zult betutteld hebben [perfect, future, second-person], zal betutteld hebben [perfect, future, second-person], zult betutteld hebben [perfect, future, second-person], zal betutteld hebben [perfect, future, third-person], zullen betutteld hebben [perfect, future, first-person], zullen betutteld hebben [perfect, future, second-person], zullen betutteld hebben [perfect, future, third-person], zou betutteld hebben [perfect, conditional, first-person], zou betutteld hebben [perfect, conditional, second-person], zou betutteld hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt betutteld hebben [perfect, conditional, second-person], zoudt betutteld hebben [perfect, conditional, second-person], zou betutteld hebben [perfect, conditional, third-person], zouden betutteld hebben [perfect, conditional, first-person], zouden betutteld hebben [perfect, conditional, second-person], zouden betutteld hebben [perfect, conditional, third-person], er wordt betutteld [impersonal, passive, present, imperfect], er is betutteld [impersonal, passive, present, perfect], er werd betutteld [impersonal, passive, past, imperfect], er was betutteld [impersonal, passive, past, perfect], er zal betutteld worden [impersonal, passive, future, imperfect], er zal betutteld zijn [impersonal, passive, future, perfect], er zou betutteld worden [impersonal, passive, conditional, imperfect], er zou betutteld zijn [impersonal, passive, conditional, perfect], betutteld worden [passive, infinitive, imperfect, present, short-form], betutteld te worden [passive, infinitive, imperfect, present], betutteld zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future, short-form], betutteld te zullen worden [passive, infinitive, imperfect, future], betutteld zijn [passive, infinitive, perfect, present, short-form], betutteld te zijn [passive, infinitive, perfect, present], betutteld zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future, short-form], betutteld te zullen zijn [passive, infinitive, perfect, future], word betutteld [singular, imperfect, present, first-person], wordt betutteld [singular, imperfect, present, second-person], wordt betutteld [singular, imperfect, present, second-person], wordt betutteld [singular, imperfect, present, second-person], wordt betutteld [singular, imperfect, present, plural, third-person], worden betutteld [singular, imperfect, present, plural, first-person], worden betutteld [singular, imperfect, present, plural, second-person], worden betutteld [singular, imperfect, present, third-person], werd betutteld [singular, imperfect, past, first-person], werd betutteld [singular, imperfect, past, second-person], werd betutteld [singular, imperfect, past, second-person], werdt betutteld [singular, imperfect, past, second-person], werd betutteld [singular, imperfect, past, plural, third-person], werden betutteld [singular, imperfect, past, plural, first-person], werden betutteld [singular, imperfect, past, plural, second-person], werden betutteld [singular, imperfect, past, third-person], zal betutteld worden [singular, imperfect, future, first-person], zult betutteld worden [singular, imperfect, future, second-person], zult betutteld worden [singular, imperfect, future, second-person], zult betutteld worden [singular, imperfect, future, second-person], zal betutteld worden [singular, imperfect, future, plural, third-person], zullen betutteld worden [singular, imperfect, future, plural, first-person], zullen betutteld worden [singular, imperfect, future, plural, second-person], zullen betutteld worden [singular, imperfect, future, third-person], zou betutteld worden [singular, imperfect, conditional, first-person], zou betutteld worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou betutteld worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zoudt betutteld worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zoudt betutteld worden [singular, imperfect, conditional, second-person], zou betutteld worden [singular, imperfect, conditional, plural, third-person], zouden betutteld worden [singular, imperfect, conditional, plural, first-person], zouden betutteld worden [singular, imperfect, conditional, plural, second-person], zouden betutteld worden [singular, imperfect, conditional, third-person], ben betutteld [perfect, present, first-person], bent betutteld [perfect, present, second-person], bent betutteld [perfect, present, second-person], is betutteld [perfect, present, second-person], zijt betutteld [perfect, present, second-person], is betutteld [perfect, present, third-person], zijn betutteld [perfect, present, first-person], zijn betutteld [perfect, present, second-person], zijn betutteld [perfect, present, third-person], was betutteld [perfect, past, first-person], was betutteld [perfect, past, second-person], was betutteld [perfect, past, second-person], waart betutteld [perfect, past, second-person], was betutteld [perfect, past, third-person], waren betutteld [perfect, past, first-person], waren betutteld [perfect, past, second-person], waren betutteld [perfect, past, third-person], zal betutteld zijn [perfect, future, first-person], zult betutteld zijn [perfect, future, second-person], zult betutteld zijn [perfect, future, second-person], zult betutteld zijn [perfect, future, second-person], zal betutteld zijn [perfect, future, third-person], zullen betutteld zijn [perfect, future, first-person], zullen betutteld zijn [perfect, future, second-person], zullen betutteld zijn [perfect, future, third-person], zou betutteld zijn [perfect, conditional, first-person], zou betutteld zijn [perfect, conditional, second-person], zou betutteld zijn [perfect, conditional, second-person], zoudt betutteld zijn [perfect, conditional, second-person], zoudt betutteld zijn [perfect, conditional, second-person], zou betutteld zijn [perfect, conditional, third-person], zouden betutteld zijn [perfect, conditional, first-person], zouden betutteld zijn [perfect, conditional, second-person], zouden betutteld zijn [perfect, conditional, third-person]
  1. paternalistisch, bemoeizuchtig, vitterig behandelen Tags: transitive
    Sense id: nl-betuttelen-nl-verb-Ni4v1QxN Categories (other): Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
The following are not (yet) sense-disambiguated
Derived forms: betuttelaar, betutteling

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Ontbrekend geluid",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Retrograad van het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Vervoeging in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Voorvoegsel be- in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Werkwoord in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Woorden in het Nederlands van lengte 10",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "betuttelaar"
    },
    {
      "word": "betutteling"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "In de betekenis van ‘kleine verbeteringen aanbrengen’ voor het eerst aangetroffen in 1632",
    "afgeleid van tuttelen met het voorvoegsel be-"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "betuttelde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te betuttelen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betuttelen",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen betuttelen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben betutteld",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld zullen hebben",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelend",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n betuttel",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttele",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\nbetuttelt"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttel",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelt",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betuttelen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betuttelen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betuttelen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betuttelen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betuttelen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betuttelen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betuttelen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betuttelen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) betuttelen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betuttelen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betuttelen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betuttelen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betuttelen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal betutteld worden",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal betutteld zijn",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou betutteld worden",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou betutteld zijn",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld worden",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld zullen worden",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld zijn",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld zullen zijn",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "be·tut·te·len",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "paternalistisch, bemoeizuchtig, vitterig behandelen"
      ],
      "id": "nl-betuttelen-nl-verb-Ni4v1QxN",
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-betuttelen.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/1/11/Nl-betuttelen.ogg/Nl-betuttelen.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-betuttelen.ogg"
    }
  ],
  "word": "betuttelen"
}
{
  "categories": [
    "Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands",
    "Ontbrekend geluid",
    "Retrograad van het Nederlands",
    "Vervoeging in het Nederlands",
    "Voorvoegsel be- in het Nederlands",
    "Werkwoord in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands",
    "Woorden in het Nederlands met audioweergave",
    "Woorden in het Nederlands van lengte 10",
    "Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands"
  ],
  "derived": [
    {
      "word": "betuttelaar"
    },
    {
      "word": "betutteling"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "In de betekenis van ‘kleine verbeteringen aanbrengen’ voor het eerst aangetroffen in 1632",
    "afgeleid van tuttelen met het voorvoegsel be-"
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "betuttelde",
      "tags": [
        "past"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "te betuttelen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betuttelen",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te zullen betuttelen",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "te hebben betutteld",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld zullen hebben",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te zullen hebben",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "active",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelend",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperfect",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "past",
        "participle"
      ]
    },
    {
      "form": "ev.\n betuttel",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "imperative"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttele",
      "raw_tags": [
        "mv. verouderd\nbetuttelt"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "subjunctive"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttel",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelt",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelt",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelt",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelt",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "present",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelde",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelden",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "betuttelden",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betuttelen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betuttelen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betuttelen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betuttelen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betuttelen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betuttelen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betuttelen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betuttelen",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou(dt) betuttelen",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betuttelen",
      "raw_tags": [
        "gij, ge"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betuttelen",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "singular",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betuttelen",
      "raw_tags": [
        "wij, we"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betuttelen",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betuttelen",
      "raw_tags": [
        "zij, ze"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "indicative",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heb betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "heeft betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "had betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "hadden betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld hebben",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "er wordt betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er is betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "present",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er werd betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er was betutteld",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "past",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal betutteld worden",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zal betutteld zijn",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "future",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou betutteld worden",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "imperfect"
      ]
    },
    {
      "form": "er zou betutteld zijn",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "impersonal",
        "passive",
        "conditional",
        "perfect"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld worden",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld zullen worden",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te zullen worden",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "imperfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld zijn",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld zullen zijn",
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future",
        "short-form"
      ]
    },
    {
      "form": "betutteld te zullen zijn",
      "raw_tags": [
        "lang"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "passive",
        "infinitive",
        "perfect",
        "future"
      ]
    },
    {
      "form": "word betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "wordt betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "worden betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werdt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werd betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "werden betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "plural",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld worden",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "singular",
        "imperfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "ben betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "bent betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijt betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "is betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zijn betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "present",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was betutteld",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was betutteld",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was betutteld",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waart betutteld",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "was betutteld",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren betutteld",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren betutteld",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "waren betutteld",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "past",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zult betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zal betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zullen betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "future",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "jij, je"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zoudt betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "gij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zou betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "first-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "second-person"
      ]
    },
    {
      "form": "zouden betutteld zijn",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "source": "betuttelen/vervoeging",
      "tags": [
        "perfect",
        "conditional",
        "third-person"
      ]
    }
  ],
  "hyphenation": "be·tut·te·len",
  "lang": "Nederlands",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Werkwoord",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands"
      ],
      "glosses": [
        "paternalistisch, bemoeizuchtig, vitterig behandelen"
      ],
      "tags": [
        "transitive"
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "audio": "nl-betuttelen.ogg",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/1/11/Nl-betuttelen.ogg/Nl-betuttelen.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/nl-betuttelen.ogg"
    }
  ],
  "word": "betuttelen"
}

Download raw JSONL data for betuttelen meaning in All languages combined (24.1kB)


This page is a part of the kaikki.org machine-readable All languages combined dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2025-01-25 from the nlwiktionary dump dated 2025-01-20 using wiktextract (c15a5ce and 5c11237). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.