"aanzetten" meaning in Néerlandais

See aanzetten in All languages combined, or Wiktionary

Verb

IPA: \ˈaːnzɛtǝ\, ˈaːnzɛtǝ Audio: Nl-aanzetten.ogg
Forms: zet aan [present], zette aan [preterite], zet aan [present], zet aan [present], zetten aan [present], zetten aan [preterite], zetten aan [present], zetten aan [present], zet aan [present], zette aan [preterite], hebben, zetten aand [participle, present], aangezet [participle, past]
  1. Mettre en marche, faire marcher, enclencher.
    Sense id: fr-aanzetten-nl-verb-p9OJztUD Categories (other): Exemples en néerlandais
  2. Instiguer, stimuler, inciter.
    Sense id: fr-aanzetten-nl-verb-r0v8qUOe
The following are not (yet) sense-disambiguated

Verb

IPA: \ˈaːnzɛtǝ\, ˈaːnzɛtǝ Audio: Nl-aanzetten.ogg
Forms: zet aan [present], zette aan [preterite], zet aan [present], zet aan [present], zetten aan [present], zetten aan [preterite], zetten aan [present], zetten aan [present], zet aan [present], zette aan [preterite], hebben, zijn, zetten aand [participle, present], aangezet [participle, past]
  1. S’encrasser.
    Sense id: fr-aanzetten-nl-verb-tJ6fvfHq
  2. S’incruster, s’entartrer.
    Sense id: fr-aanzetten-nl-verb-fSbpXI7R
  3. Arracher.
    Sense id: fr-aanzetten-nl-verb-4YAWqB-X Categories (other): Lexique en néerlandais de la cuisine Topics: cuisine
  4. Déposer.
    Sense id: fr-aanzetten-nl-verb-CUishXVK
The following are not (yet) sense-disambiguated
Derived forms (se pointer, s’amener): komen aanzetten Derived forms (s’amener avec quelque chose, mettre quelque chose sur le tapis): met iets komen aanzetten

Inflected forms

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Lemmes en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes faibles en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes transitifs en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Néerlandais",
      "orig": "néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "De zetten, avec le préfixe aan-."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zette aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "jij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zette aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben",
      "raw_tags": [
        "Auxiliaire"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aand",
      "tags": [
        "participle",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "aangezet",
      "tags": [
        "participle",
        "past"
      ]
    }
  ],
  "lang": "Néerlandais",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Verbe 1",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Exemples en néerlandais",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "De verwarming aanzetten.",
          "translation": "Allumer le chauffage."
        },
        {
          "text": "De televisie aanzetten.",
          "translation": "Allumer la télévision."
        },
        {
          "text": "Het aanzetten.",
          "translation": "La mise en marche."
        },
        {
          "text": "Een knoop aanzetten.",
          "translation": "Coudre un bouton."
        }
      ],
      "glosses": [
        "Mettre en marche, faire marcher, enclencher."
      ],
      "id": "fr-aanzetten-nl-verb-p9OJztUD"
    },
    {
      "examples": [
        {
          "text": "Tot tweegevecht aanzetten.",
          "translation": "Exciter au duel."
        },
        {
          "text": "Tot ontucht aanzetten.",
          "translation": "Provoquer à la débauche."
        }
      ],
      "glosses": [
        "Instiguer, stimuler, inciter."
      ],
      "id": "fr-aanzetten-nl-verb-r0v8qUOe"
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "ipa": "\\ˈaːnzɛtǝ\\"
    },
    {
      "audio": "Nl-aanzetten.ogg",
      "ipa": "ˈaːnzɛtǝ",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/70/Nl-aanzetten.ogg/Nl-aanzetten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/Nl-aanzetten.ogg"
    }
  ],
  "tags": [
    "transitive"
  ],
  "word": "aanzetten"
}

{
  "categories": [
    {
      "kind": "other",
      "name": "Lemmes en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Mots reconnus par 99 % des Flamands",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Mots reconnus par 99 % des Néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes faibles en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Verbes intransitifs en néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    },
    {
      "kind": "other",
      "name": "Néerlandais",
      "orig": "néerlandais",
      "parents": [],
      "source": "w"
    }
  ],
  "derived": [
    {
      "sense": "se pointer, s’amener",
      "word": "komen aanzetten"
    },
    {
      "sense": "s’amener avec quelque chose, mettre quelque chose sur le tapis",
      "word": "met iets komen aanzetten"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "De zetten, avec le préfixe aan-."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zette aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "jij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zette aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben, zijn",
      "raw_tags": [
        "Auxiliaire"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aand",
      "tags": [
        "participle",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "aangezet",
      "tags": [
        "participle",
        "past"
      ]
    }
  ],
  "lang": "Néerlandais",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Verbe 2",
  "senses": [
    {
      "glosses": [
        "S’encrasser."
      ],
      "id": "fr-aanzetten-nl-verb-tJ6fvfHq"
    },
    {
      "glosses": [
        "S’incruster, s’entartrer."
      ],
      "id": "fr-aanzetten-nl-verb-fSbpXI7R"
    },
    {
      "categories": [
        {
          "kind": "other",
          "name": "Lexique en néerlandais de la cuisine",
          "parents": [],
          "source": "w"
        }
      ],
      "glosses": [
        "Arracher."
      ],
      "id": "fr-aanzetten-nl-verb-4YAWqB-X",
      "topics": [
        "cuisine"
      ]
    },
    {
      "glosses": [
        "Déposer."
      ],
      "id": "fr-aanzetten-nl-verb-CUishXVK"
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "ipa": "\\ˈaːnzɛtǝ\\"
    },
    {
      "audio": "Nl-aanzetten.ogg",
      "ipa": "ˈaːnzɛtǝ",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/70/Nl-aanzetten.ogg/Nl-aanzetten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/Nl-aanzetten.ogg"
    }
  ],
  "tags": [
    "intransitive"
  ],
  "word": "aanzetten"
}
{
  "categories": [
    "Lemmes en néerlandais",
    "Verbes en néerlandais",
    "Verbes faibles en néerlandais",
    "Verbes transitifs en néerlandais",
    "néerlandais"
  ],
  "etymology_texts": [
    "De zetten, avec le préfixe aan-."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zette aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "jij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zette aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben",
      "raw_tags": [
        "Auxiliaire"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aand",
      "tags": [
        "participle",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "aangezet",
      "tags": [
        "participle",
        "past"
      ]
    }
  ],
  "lang": "Néerlandais",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Verbe 1",
  "senses": [
    {
      "categories": [
        "Exemples en néerlandais"
      ],
      "examples": [
        {
          "text": "De verwarming aanzetten.",
          "translation": "Allumer le chauffage."
        },
        {
          "text": "De televisie aanzetten.",
          "translation": "Allumer la télévision."
        },
        {
          "text": "Het aanzetten.",
          "translation": "La mise en marche."
        },
        {
          "text": "Een knoop aanzetten.",
          "translation": "Coudre un bouton."
        }
      ],
      "glosses": [
        "Mettre en marche, faire marcher, enclencher."
      ]
    },
    {
      "examples": [
        {
          "text": "Tot tweegevecht aanzetten.",
          "translation": "Exciter au duel."
        },
        {
          "text": "Tot ontucht aanzetten.",
          "translation": "Provoquer à la débauche."
        }
      ],
      "glosses": [
        "Instiguer, stimuler, inciter."
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "ipa": "\\ˈaːnzɛtǝ\\"
    },
    {
      "audio": "Nl-aanzetten.ogg",
      "ipa": "ˈaːnzɛtǝ",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/70/Nl-aanzetten.ogg/Nl-aanzetten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/Nl-aanzetten.ogg"
    }
  ],
  "tags": [
    "transitive"
  ],
  "word": "aanzetten"
}

{
  "categories": [
    "Lemmes en néerlandais",
    "Mots reconnus par 99 % des Flamands",
    "Mots reconnus par 99 % des Néerlandais",
    "Verbes en néerlandais",
    "Verbes faibles en néerlandais",
    "Verbes intransitifs en néerlandais",
    "néerlandais"
  ],
  "derived": [
    {
      "sense": "se pointer, s’amener",
      "word": "komen aanzetten"
    },
    {
      "sense": "s’amener avec quelque chose, mettre quelque chose sur le tapis",
      "word": "met iets komen aanzetten"
    }
  ],
  "etymology_texts": [
    "De zetten, avec le préfixe aan-."
  ],
  "forms": [
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zette aan",
      "raw_tags": [
        "ik"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "jij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "hij, zij, het"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "wij"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "jullie"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aan",
      "raw_tags": [
        "zij"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zet aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "zette aan",
      "raw_tags": [
        "u"
      ],
      "tags": [
        "preterite"
      ]
    },
    {
      "form": "hebben, zijn",
      "raw_tags": [
        "Auxiliaire"
      ]
    },
    {
      "form": "zetten aand",
      "tags": [
        "participle",
        "present"
      ]
    },
    {
      "form": "aangezet",
      "tags": [
        "participle",
        "past"
      ]
    }
  ],
  "lang": "Néerlandais",
  "lang_code": "nl",
  "pos": "verb",
  "pos_title": "Verbe 2",
  "senses": [
    {
      "glosses": [
        "S’encrasser."
      ]
    },
    {
      "glosses": [
        "S’incruster, s’entartrer."
      ]
    },
    {
      "categories": [
        "Lexique en néerlandais de la cuisine"
      ],
      "glosses": [
        "Arracher."
      ],
      "topics": [
        "cuisine"
      ]
    },
    {
      "glosses": [
        "Déposer."
      ]
    }
  ],
  "sounds": [
    {
      "ipa": "\\ˈaːnzɛtǝ\\"
    },
    {
      "audio": "Nl-aanzetten.ogg",
      "ipa": "ˈaːnzɛtǝ",
      "mp3_url": "https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/transcoded/7/70/Nl-aanzetten.ogg/Nl-aanzetten.ogg.mp3",
      "ogg_url": "https://commons.wikimedia.org/wiki/Special:FilePath/Nl-aanzetten.ogg"
    }
  ],
  "tags": [
    "intransitive"
  ],
  "word": "aanzetten"
}

Download raw JSONL data for aanzetten meaning in Néerlandais (4.0kB)


This page is a part of the kaikki.org machine-readable Néerlandais dictionary. This dictionary is based on structured data extracted on 2024-10-01 from the frwiktionary dump dated 2024-09-20 using wiktextract (3fd8a50 and 59b8406). The data shown on this site has been post-processed and various details (e.g., extra categories) removed, some information disambiguated, and additional data merged from other sources. See the raw data download page for the unprocessed wiktextract data.

If you use this data in academic research, please cite Tatu Ylonen: Wiktextract: Wiktionary as Machine-Readable Structured Data, Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC), pp. 1317-1325, Marseille, 20-25 June 2022. Linking to the relevant page(s) under https://kaikki.org would also be greatly appreciated.